Examples of using "Biglietto" in a sentence and their dutch translations:
Heb je een kaartje?
- Ticket, alsjeblieft.
- Ticket, alstublieft.
Pak een ticket voor me.
Vergeet het kaartje niet.
Uw kaartje, alstublieft.
Heb je een kaartje?
- Uw ticket, alstublieft.
- Uw kaartje, alstublieft.
Ik ben mijn kaartje kwijt.
Ik zou graag mijn ticket willen annuleren.
De kaart is een week geldig.
Het concertticket kost meer dan het bioscoopticket.
Er ligt een kaart op het bureau.
Waar kan ik een kaartje kopen?
De kaart is een week geldig.
- Het kaartje kost 100 euro.
- Het toegangskaartje kost honderd euro.
Iedere toeschouwer koopt een kaartje.
- Ik heb ze gezegd dat ze me een nieuw ticket moeten opsturen.
- Ik heb ze gezegd dat ze me nog een ticket moeten opsturen.
Tom kocht een kaartje en ging naar binnen.
Heb je een retourkaartje gekocht?
Hier mijn terugkeerticket.
De kaart is een week geldig.
Dit kaartje is geldig voor drie dagen.
Wat is de prijs van een ticket?
Hoeveel kost een buskaartje?
Zal ik een kaartje voor het concert voor je kopen?
Geeft u mij een kaartje voor de voorstelling van zeven uur, alstublieft.