Translation of "Wolle" in Dutch

0.009 sec.

Examples of using "Wolle" in a sentence and their dutch translations:

Geschehe, was wolle!

- Wat er ook maar gebeurt!
- Wat er ook komen mag!

- Ich habe die Wolle kardiert.
- Ich kardierte die Wolle.

Ik kaardde de wol.

Australien exportiert viel Wolle.

Australië exporteert veel wol.

Ich kardierte die Wolle.

Ik kaardde de wol.

Wolle lässt sich gut färben.

Wol kleurt prachtig.

Tom sagte, er wolle Französisch lernen.

Tom zei dat hij Frans wou leren.

Diese Kleidung besteht aus 100 % Wolle.

Deze kleren zijn van 100 procent wol gemaakt.

Er sagt, er wolle dich sprechen.

Hij zegt dat hij met jou wil spreken.

Ich dachte, er wolle mich umbringen.

Ik dacht dat hij me wilde vermoorden.

Die Mädchen kamen sich in die Wolle.

De meisjes begonnen te vechten.

Komme, was wolle, ich bin darauf vorbereitet.

Wat er ook gebeurt, ik ben voorbereid.

- Komme was wolle, ich werde meine Meinung nicht ändern.
- Komme was wolle, ich ändere meine Meinung nicht.

- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van mening veranderen.
- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van gedachten veranderen.

Er sagte, er wolle Englisch mit mir üben.

Hij zei tegen mij dat hij zijn Engels met me wilde oefenen.

Ich fragte ihn, ob er eine Uhr wolle.

- Ik vroeg hem of hij een horloge wilde.
- Ik heb hem gevraagd of hij een horloge wilde.

Maria sagte, ohne Tom wolle sie das nicht.

Maria zei dat ze dat niet wilde zonder Tom.

Tom sagte, er wolle vor 2.30 Uhr dort sein.

Tom zei dat hij daar voor halfdrie wilde zijn.

Komme was wolle, ich werde meine Meinung nicht ändern.

- Wat er ook komen mag, ik zal mijn mening niet veranderen.
- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van gedachte veranderen.

Wir müssen den Krieg verhindern. Koste es, was es wolle!

We moeten koste wat kost een oorlog onmogelijk maken.

Tom sagte, dass er den Weihnachtsmann am Nordpol besuchen wolle.

Tom zei dat hij de kerstman op de Noordpool wilde bezoeken.

Er sagte, sein Vater wäre Architekt und er wolle auch einer werden.

Hij zei dat zijn vader architect was en dat hij het ook wil worden.

Ich fragte Tom, ob er gehen wolle, und er hat nein gesagt.

Ik vroeg Tom of hij wilde gaan en hij zei van niet.

Maria sagte, sie habe sich noch nicht entschieden, was sie tun wolle.

Maria zei nog niet besloten te hebben wat te doen.

- Komme was wolle, ich werde meine Meinung nicht ändern.
- Komme was wolle, ich ändere meine Meinung nicht.
- Was auch geschehen wird, ich werde meine Meinung nicht ändern.

- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van gedacht veranderen.
- Wat er ook komen mag, ik zal mijn mening niet veranderen.
- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van gedachte veranderen.
- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van mening veranderen.
- Wat er ook gebeurt, ik zal niet van gedachten veranderen.

Dima behielt den Anzug an, verließ den Umkleideraum und erklärte, dass er den Kauf tätigen wolle.

Met het pak aan liep Dima het pashokje uit en verklaarde dat hij de aanschaf wilde doen.

- Ich muss mit Tom über das sprechen, was er sagte, tun zu wollen.
- Ich muss mit Tom über das sprechen, was er sagte, dass er tun wolle.
- Ich muss mit Tom über das sprechen, was er, wie er sagte, vorhabe.
- Ich muss mit Tom über das sprechen, was er sagte, dass er tun werde.

Ik moet met Tom spreken over wat hij gezegd heeft te zullen doen.