Examples of using "Warf" in a sentence and their dutch translations:
...maar gooide haar web over hem heen.
- De jongen gooide een steen.
- De jongen heeft een steen gegooid.
Hij gooide de banaan weg.
Hij beschuldigde mij van onachtzaamheid.
De jongen gooide het glas om.
Hij gooide de appel naar mij.
Tom gooide de sleutels naar Mary.
Ik wierp de bal naar Tom.
Zij wierp een blik in zijn richting.
Ze verweet mij onverantwoordelijk te zijn.
Hij keek op zijn horloge.
Ze wierp me een vuile blik toe.
Tom wierp een blik op zijn horloge.
Tom wierp de klokhuizen van de appels in de gft-bak.
Maria gooide een aardappel uit het raam.
Tom toste het muntstuk en zei: „Kop of munt?”
Tom werd kwaad en schold Mary uit.
De leerkracht was heel kwaad, en stuurde Johnny uit de klas.
Hardrada wierp zich in het heetst van de strijd, ongewapend, zijn zwaard met
Hij wierp zichzelf in een aanval, verloor de controle over de strijd en werd zwaar verslagen door Bernadottes