Examples of using "Weg" in a sentence and their dutch translations:
- Blijf weg.
- Blijf uit de buurt.
- Blijf hier weg.
- Blijf uit de buurt!
- Blijf weg!
- Ga niet weg.
- Ga niet weg!
Ga weg.
Handen thuis.
- Ren weg!
- Loop weg!
Kijk weg.
- Blijf weg.
- Blijf uit de buurt.
- Ga!
- Ga weg.
- Ga maar.
- Gooi je wapen weg!
- Leg je wapen weg!
Gooi het gewoon weg.
- Ga weg!
- Wegwezen!
Moet je vandaag vertrekken?
- Haal die doos weg!
- Neem die doos hier vandaan!
Gooi dit alsjeblieft weg.
- Rijden we ver weg?
- Gaan we ergens ver weg?
De hond liep weg.
Kent ge de weg?
Je staat in de weg.
Tom is weg.
- Ik ben weg.
- Ik ben hier weg.
Hij keek weg.
Ik ben hier weg.
Hij is vetrokken.
Ga weg, Tom.
Ze reden weg.
- Zijn ze weg?
- Zijn ze weggegaan?
Alles is weg.
Is ze weg?
Ze was weg.
Ga weg!
- Ze zijn weg.
- Zij zijn weg.
Ga niet weg.
- Haal het weg.
- Neem het mee.
Moet je weg?
Ga weg hier.
Zijn jullie weg?
Ren weg!
Ontsnap!
Waar gaat dit pad naartoe?
Je woont te ver weg.
Gelieve deze stoelen weg te zetten.
Er bestaat geen weg naar geluk; geluk is de weg.
De dief rende weg.
- De hond ging weg.
- De hond liep weg.
Regen, regen, ga weg!
Hij was al weg.
Mijn hoofdpijn is verdwenen.
- Mijn hoofdpijn is verdwenen.
- Mijn hoofdpijn is weg.
Niets staat ons in de weg.
We moeten hier weg.
De jongen liep weg.
Ons geld is weg.
- Zuid-Afrika is ver weg.
- Zuidelijk Afrika is ver weg.
- Ga aan de kant.
- Ga uit de weg.
De weg is lang.
Is Boston ver weg?
Mijn bagage ontbreekt.
Tom is ver weg.
Tom weet de weg.
Dit pad is gevaarlijk.
- Ben je ver weg?
- Bent u ver weg?
En weg is het.
Weg!
Doe je kleren weg.
De hond liep weg.
Kent ge de weg?
- Rijden we ver weg?
- Gaan we ergens ver weg?
- Opzij!
- Ga uit de weg!
Waar leidt dit pad naartoe?
Ik moet nu weg.
Ze ontwijkt mij.
Laat ons!
en de spiegel weg is.
Sommige nemen een directere route.
Dat is nog vrij ver.