Examples of using "Schlechte" in a sentence and their dutch translations:
Slecht idee.
Slecht nieuws gaat snel.
Slecht nieuws gaat snel.
Ik heb slecht nieuws.
Ze was slecht gehumeurd.
- Tom is een slechte stemming.
- Tom is in een slechte bui.
Hij ziet slecht.
Tom heeft slechte tafelmanieren.
- Ik heb slecht nieuws voor je.
- Ik heb slecht nieuws voor u.
- Ik heb slecht nieuws voor jullie.
Ik heb slecht nieuws voor je.
Dat was een slechte beslissing.
Roken is een slechte gewoonte.
Slecht nieuws gaat snel.
Dat is geen slecht idee.
Hij heeft een slecht handschrift.
Wat is het slechte nieuws?
Gulle mensen zijn slechte kooplieden.
Het is een slechte investering.
Hij wil slechte herinneringen uitwissen.
Tom heeft slecht werk afgeleverd.
We verkopen geen slechte waar.
Dat is geen gek idee.
Zij heeft een slecht handschrift.
Dat is een slechte vertaling.
- Maria is altijd humeurig.
- Maria is altijd slechtgestemd.
- Maria is altijd in een slechte bui.
- Maria heeft altijd een slecht humeur.
Dat is geen slecht idee.
Zo krijgen we slechte data.
Mijn punten bleven hetzelfde.
Mijn vrouw kan slecht autorijden.
Tom heeft een aantal slechte investeringen gedaan.
Ik heb slecht nieuws voor je.
Liegen is een heel slechte gewoonte.
Ben je klaar om het slechte nieuws te horen?
Dus dit zijn nog steeds hele slechte resultaten.
Ik ben bang dat er nog meer slecht nieuws is.
De slechte oogst heeft massale voedseltekorten veroorzaakt.
Ze hielp hem zijn slechte humeur te overwinnen.
- Ik had me niet moeten afmelden.
- Ik had niet moeten uitloggen.
Geluk bij een ongeluk.
Zijn ziekte is het gevolg van slecht weer.
Het is niet gemakkelijk van slechte gewoonten af te raken.
Hij is gehumeurd.
- Tussen de maaltijden door eten is een slechte gewoonte.
- Snacken is een slechte gewoonte.
Er zijn veel slechte mensen in de wereld.
Hij ziet slecht.
Ik was in een slecht humeur.
Tom heeft slechte ogen.
Ben je klaar om het slechte nieuws te horen?
Is dat goed of slecht nieuws?
Van een vastgeroeste slechte gewoonte komt men maar moeilijk weer af.
...met een bekrompen geest. Soms is het slechte goed.
Slechte punten op school getuigen tegen je, wanneer je werk zoekt.
Tussen de maaltijden door eten is een slechte gewoonte.
Dit was niet een slecht idee, we hadden gewoon pech.
zichzelf veroordeelt voor het hebben van 'slechte emoties'
- Ik weet niet waarom ik deze morgen in een slechte bui ben.
- Ik weet niet waarom ik zo slecht gehumeurd ben deze morgen.
Mijn vrouw kan slecht autorijden.
Hij had de slechte gewoonte om teveel wijn te drinken.
Er is geen slecht weer, alleen maar slechte kleding.
Dus je wilt dat ik in de boom kampeer? Dat is geen slecht idee.
Dat was een slechte beslissing. Nooit tegen de natuur vechten.
Dat was een slechte beslissing. Nooit tegen de natuur vechten.
De grot gaat helemaal naar binnen. Geen slechte plek om te kamperen.
- Tom is een slechte stemming.
- Tom is in een slechte bui.
Het komt door dat rauwe ei. Ik wist dat dat 'n slecht idee was.
Tom heeft een slechte reputatie.
- Mijn grootvader heeft mij geleerd een appeltje voor de dorst te bewaren.
- Mijn grootvader heeft mij de goede gewoonte geleerd, geld opzij te leggen voor kwade dagen.
Hij eet schadelijke kevers, insecten en zelfs giftige schorpioenen. Maar weegt het goede op tegen het slechte?
Ze is in een slechte bui.
Zelfs slechte films moet men bekijken, want zo heeft men een juister oordeel over de goede.
Ik zeg je dat hij een slechte generaal is, dat de Engelsen slechte troepen zijn, en dit zal
- Ik had me niet moeten afmelden.
- Ik had niet moeten uitloggen.