Translation of "Nachmittag" in Dutch

Bis heute Nachmittag!

- Ik zie je vanmiddag.
- Ik zie u vanmiddag.

- Habt ihr heute Nachmittag Zeit?
- Sind Sie heute Nachmittag frei?
- Seid ihr heute Nachmittag frei?

Ben je vanmiddag vrij?

- Was machst du am Nachmittag?
- Was macht ihr am Nachmittag?

Wat doe je 's middags?

- Habt ihr heute Nachmittag Zeit?
- Hast du heute Nachmittag frei?

Ben je vanmiddag vrij?

Regnet es heute Nachmittag?

Gaat het vanmiddag regenen?

Er kommt heute Nachmittag.

- Hij zal deze namiddag komen.
- Hij komt vanmiddag.

- Kommt heute Nachmittag zu mir.
- Kommen Sie heute Nachmittag zu mir.

Kom naar me thuis vanmiddag.

- Es regnete den ganzen Nachmittag.
- Es regnete den ganzen Nachmittag hindurch.

Het regende de hele middag.

- Ich gehe heute Nachmittag aus.
- Ich gehe heute Nachmittag außer Haus.

Ik ga vanmiddag uit.

- Ich habe den ganzen Nachmittag durchgeschlafen.
- Ich habe den ganzen Nachmittag verschlafen.

Ik heb de hele namiddag verslapen.

Am Nachmittag schneit es eventuell.

Vanmiddag gaat het misschien sneeuwen.

Ich sehe ihn morgen Nachmittag.

- Ik zie hem morgennamiddag.
- Ik zie hem morgenmiddag.

Heute Nachmittag wird es regnen.

Het zal regenen vanmiddag.

Ich spiele heute Nachmittag Tennis.

- Deze namiddag speel ik tennis.
- Vanmiddag speel ik tennis.

Ich fange heute Nachmittag an.

Ik begin deze namiddag.

Betreue heute Nachmittag die Kinder.

Pas op de kinderen deze namiddag.

Was machst du am Nachmittag?

Wat doe je 's middags?

Was macht ihr heute Nachmittag?

Wat gaan jullie vanmiddag doen?

Wahrscheinlich regnet es heute Nachmittag.

- Waarschijnlijk regent het vanmiddag.
- Waarschijnlijk gaat het vanmiddag regenen.

Es wird am Nachmittag regnen.

Het gaat regenen vanmiddag.

Kommt heute Nachmittag zu mir.

Kom naar me thuis vanmiddag.

Ich gehe heute Nachmittag aus.

Ik ga vanmiddag uit.

Wohin gehst du heute Nachmittag?

Waar ga je deze namiddag naartoe?

Es regnete den ganzen Nachmittag.

Het regende de hele middag.

- Tom verbrachte den Nachmittag mit Mary.
- Tom hat den Nachmittag mit Mary verbracht.

- Tom spendeerde de namiddag met Mary.
- Tom bracht de namiddag met Maria door.

Machst du heute Nachmittag deine Hausaufgaben?

Ga je vanmiddag je huiswerk maken?

Ich möchte ihn morgen Nachmittag sehen.

Ik zou hem morgenmiddag graag willen zien.

Ich werde heute Nachmittag Englisch lernen.

Ik ga vanmiddag Engels oefenen.

Ich gehe heute Nachmittag zum Arzt.

Ik ga vanmiddag naar de dokter.

Es regnete den ganzen Nachmittag hindurch.

Het regende de hele middag.

„Wirst du heute Nachmittag lernen?“ „Ja.“

"Ga je vanmiddag studeren?" "Ja."

Hast du morgen Nachmittag zu tun?

- Zijt ge bezet morgennamiddag?
- Heb je morgen middag iets te doen?

Ich nehme mir morgen Nachmittag frei.

Ik neem morgenmiddag vrij.

Ich habe den ganzen Nachmittag durchgeschlafen.

Ik heb de hele namiddag verslapen.

Lass uns heute Nachmittag Tennis spielen.

Laat ons vanmiddag gaan tennissen.

Es war sehr heiß heute Nachmittag.

- Het was heel heet deze middag.
- Het was vanmiddag erg heet.

Hat es dir heute Nachmittag gefallen?

Heb je vanmiddag een fijne tijd gehad?

Ich habe den ganzen Nachmittag verschlafen.

Ik heb de hele namiddag verslapen.

Gibt es am Nachmittag einen Flug?

Is er 's middags een vlucht?

Er kam gestern Nachmittag zu mir.

Hij kwam gisterenmiddag naar me toe.

Mein Vater hat heute Nachmittag Zeit.

Mijn vader is vanmiddag vrij.

Morgen Nachmittag haben wir keinen Unterricht.

- Morgen namiddag hebben we geen les.
- Morgennamiddag hebben wij geen les.

- Ich würde mir ihn gerne morgen Nachmittag ansehen.
- Ich würde ihn morgen Nachmittag gerne sehen.

Ik zou hem morgenmiddag graag willen zien.

- Das Spiel beginnt um zwei Uhr morgen Nachmittag.
- Das Spiel fängt morgen Nachmittag um zwei an.

- Het spel begint om twee uur morgennamiddag.
- Het spel begint morgenmiddag om twee uur.

- Ich habe am 27.2. den ganzen Nachmittag Zeit.
- Ich habe am siebenundzwanzigsten Februar den ganzen Nachmittag Zeit.
- Am 27. Februar hab ich den ganzen Nachmittag Zeit.

- Op 27/02 ben ik de hele middag vrij.
- Op 27 februari ben ik de hele middag vrij.

Danke, dass ihr heute Nachmittag gekommen seid.

...bedankt dat jullie hier vanmiddag zijn.

Ich habe heute Nachmittag viel zu tun.

Ik heb vanmiddag veel te doen.

Ich würde ihn morgen Nachmittag gerne sehen.

Ik zou hem morgenmiddag graag willen zien.

Das wird nicht vor morgen Nachmittag geschehen.

Niet voor morgenmiddag.

Laut Wetterbericht soll es morgen Nachmittag regnen.

- Volgens de weersvoorspelling gaat het morgenmiddag regenen.
- Volgens het weerbericht gaat het morgenmiddag regenen.

Ich werde heute Nachmittag mit Naoko spielen.

- Deze namiddag ga ik spelen met Naoko.
- Vanmiddag ga ik met Naoko spelen.

Sie wird heute nachmittag das Fahrrad putzen.

Zij zal de fiets deze namiddag wassen.

Warst du gestern Nachmittag in der Bibliothek?

Was je gisterenmiddag in de bibliotheek?

Seid ihr beim Treffen heute Nachmittag dabei?

Zal jij aanwezig zijn bij de vergadering vanmiddag?

Tom hat den Nachmittag mit Mary verbracht.

- Tom spendeerde de namiddag met Mary.
- Tom bracht de namiddag met Maria door.

Sie wird heute Nachmittag das Fahrrad putzen.

Deze namiddag zal ze de fiets reinigen.

Ich fürchte, es wird am Nachmittag regnen.

Ik vrees dat het in de namiddag zal regenen.

Flut ist heute Nachmittag um 3 Uhr.

Het is vanmiddag om drie uur hoogwater.

Ich bin heute Nachmittag im Büro eingeschlafen.

Ik ben vanmiddag in slaap gevallen op het kantoor.

Es kann sein, dass es heute Nachmittag regnet.

Misschien gaat het vanmiddag regenen.

Kommen Sie bitte heute Nachmittag in mein Büro.

Kom vanmiddag naar mijn kantoor alstublieft.

Nach der Wettervorhersage wird es morgen Nachmittag regnen.

- Volgens de weersvoorspelling gaat het morgenmiddag regenen.
- Volgens het weerbericht gaat het morgenmiddag regenen.

Ich glaube, es wird heute Nachmittag nicht regnen.

Ik denk dat het vanmiddag niet gaat regenen.

Ich habe am 27.2. den ganzen Nachmittag Zeit.

- Op 27/02 ben ik de hele middag vrij.
- Op 27 februari ben ik de hele middag vrij.

- Er wird nachmittags kommen.
- Er kommt heute Nachmittag.

- Hij zal deze namiddag komen.
- Hij komt vanmiddag.