Translation of "Flugzeuge" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Flugzeuge" in a sentence and their dutch translations:

- Wir haben drei Flugzeuge.
- Wir besitzen drei Flugzeuge.

We hebben drie vliegtuigen.

Flugzeuge landen auf Flughäfen.

Vliegtuigen landen op luchthavens.

Wir haben drei Flugzeuge.

We hebben drie vliegtuigen.

Der Himmel war voller Flugzeuge.

De lucht was vol met vliegtuigen.

Wir können Lkw, Flugzeuge und Ochsenkarren wiegen.

We kunnen vrachtwagens, vliegtuigen en ossenkarren wegen.

Sie wurde gerade eine Generation nach der Sklaverei geboren, in einer Zeit, als es keine Autos auf der Straße und keine Flugzeuge am Himmel gab, als jemand wie sie aus zwei Gründen nicht wählen durfte, nämlich aufgrund des Geschlechts und der Hautfarbe.

Ze werd slechts een generatie na de slavernij geboren; in een tijd toen er geen auto's op de weg reden en geen vliegtuigen in de lucht vlogen; toen iemand als zij om twee redenen niet mocht stemmen - omdat ze een vrouw was en door de kleur van haar huid.