Translation of "Fest" in Dutch

0.011 sec.

Examples of using "Fest" in a sentence and their dutch translations:

Welch freudiges Fest!

Wat een plezant feest!

Es steckt fest.

Het zit vast.

Umarme mich fest.

- Hou me goed vast.
- Omhels me stevig.

Halt dich fest.

- Hou je vast.
- Zet je schrap.

Eis ist fest.

IJs is vast.

Ich glaube fest daran,

Ik geloof er sterk in

Der Reißverschluss steckt fest.

De rits zit vast.

Ich glaube das fest.

- Ik ben daarvan overtuigd.
- Ik geloof stellig daarin.

- Die Polizeibeamten nahmen den Einbrecher fest.
- Die Polizisten nahmen den Einbrecher fest.

De politieagenten arresteerden de inbreker.

Und deshalb stecken wir fest.

En daarom zitten we vast.

Tom schlief tief und fest.

- Tom sliep diep.
- Tom was diep in slaap.

Er schlief tief und fest.

Hij heeft goed geslapen.

Wirst du am Fest teilnehmen?

- Ga je naar het feest?
- Ga je het feest bijwonen?

Halloween ist ein heidnisches Fest.

Halloween is een heidens feest.

Ich stecke im Schlamm fest.

Ik zit vast in de modder.

Soll ich zum Fest gehen?

Zal ik naar het feest gaan?

- Würdest du gerne zu meinem Fest kommen?
- Würden Sie gerne zu meinem Fest kommen?

Wil je naar mijn feestje komen?

Okay, binden wir das Seil fest.

We maken het touw vast. Maak je klaar.

Die Milch gefror und wurde fest.

De melk bevroor en werd vast.

Das Fest war alles außer angenehm.

Het feest was allesbehalve aangenaam.

Halte es mit beiden Händen fest.

Hou het vast met beide handen.

Sie hielt meinen Arm kräftig fest.

Ze hield mijn arm stevig vast.

Tom steckt in der Vergangenheit fest.

Tom zit vast in het verleden.

Ich stecke in einem Verkehrsstau fest.

- Ik zit vast in de file.
- Ik zit vast in een verkeersopstopping.

Sie werden übermorgen ein Fest feiern.

Overmorgen hebben ze een feest.

Mach das Seil am Baum fest.

Maak het touw vast aan de boom.

Die Polizei nimmt den Dieb fest.

De politie arresteert de dief.

Wir hielten uns am Ast fest.

We hielden ons vast aan de tak.

Ich nahm an dem Fest teil.

Ik nam deel aan het feest.

Maria hat ihn ganz fest gedrückt.

- Mary gaf hem een grote knuffel.
- Mary gaf hem een dikke knuffel.

Der Arzt stellte seinen Tod fest.

De arts verklaarde hem dood.

Drücken Sie meine Finger fest zusammen.

- Knijp alsjeblieft mijn vingers dicht.
- Knijp alstublieft mijn vingers dicht.

Halt die Vase mit beiden Händen fest.

Hou de vaas met beide handen vast.

Würden Sie gerne zu meinem Fest kommen?

Wil je naar mijn feestje komen?

Halt den Ball mit beiden Händen fest.

Hou de bal met beide handen vast.

Das Fest endete mit einer spektakulären Feuerwerksvorführung.

Het feest eindigde met een indrukwekkend vuurwerk.

Niemand hat Besteck zu dem Fest mitgenommen.

Niemand heeft bestek naar het feest meegenomen.

Also hielten wir weiter an der Kollisionstheorie fest.

Dus probeerden we de grote-inslagtheorie te redden.

Ich zog zu dem Fest mein Lieblingskleid an.

Ik trok mijn lievelingsjurk aan naar het feest.

Sie war bei dem Fest in Weiß gekleidet.

Ze was in het wit gekleed tijdens het feest.

Sie haben ein großes Fest für mich vorbereitet.

Ze gaven een groot feest voor mij.

- Er schläft tief.
- Er schläft tief und fest.

Hij slaapt diep.

Tom und Maria steckten in einem Schneesturm fest.

Tom en Mary zaten vast vanwege een sneeuwstorm.

Was du auch sagst: mein Entschluss steht fest.

- Het maakt niet uit wat je zegt, ik zal niet van gedachten veranderen.
- Het maakt niet uit wat je zegt, ik zal me niet bedenken.

Wirst du heute Abend auf das Fest gehen?

Ga je vanavond naar het feest?

Das Datum für die Feier steht noch nicht fest.

De feestdatum staat nog ter bespreking.

Satoko bat ihre Freunde, auf ihr Fest zu kommen.

Satoko vroeg haar vrienden om op haar feest te komen.

Sie muss sich umziehen vor dem Fest heute Abend.

Zij moet zich omkleden voor het feest van vanavond.

Auf diesem Fest traf ich ziemlich viele berühmte Leute.

Op dit feest heb ik redelijk veel beroemdheden ontmoet.

Gestern Nacht hatten wir ein kleines Fest im Haus.

Gisteravond hadden we een feestje thuis.

Die Polizei nahm ihn wegen Trunkenheit am Steuer fest.

De politie arresteerde hem wegens dronkenschap achter het stuur.

Weihnachten ist immer ein schönes Fest für die Enkel.

Kerstmis is altijd een mooi feest voor kleinkinderen.

- Ich steckte im Stau.
- Ich steckte in einem Verkehrsstau fest.
- Ich saß im Stau fest.
- Ich bin in einen Stau geraten.

Ik stond vast in de file.

Ein aggressiver Jäger, der seinen Preis fest im Blick hat.

Een agressieve jager die zijn grote ogen op zijn prooi houdt.

Man stülpt den Latex-Handschuh fest darüber, nimmt den Kopf

Je trekt de latexhandschoen... ...over het glas, je pakt de kop...

Ich stülpe den Latex-Handschuh fest darüber, nehme den Kopf

Je trekt de latexhandschoen... ...over het glas, je pakt de kop...

Ich stülpe der Latex-Handschuh fest darüber, nehme den Kopf

Je trekt de latexhandschoen over het glas, je pakt de kop...

Das Eis ist zu fest, um es aufbrechen zu können.

- Het ijs is te moeilijk te breken.
- Het ijs is te hard om te breken.

Bitte vergewissern Sie sich, dass Ihr Sicherheitsgurt fest geschlossen ist.

Gelieve u ervan te vergewissen dat uw veiligheidsgordel goed toe is.

Die Polizei nahm mehrere Verdächtige fest, um diese zu verhören.

De politie hield enkele verdachten aan voor verhoor.

Ich werde nur beim Fest sein, wenn Maria nicht kommt.

Ik kom naar het feest, maar alleen als Maria niet komt.

Die alten Goten und Sachsen nannten dieses Fest das Julfest.

De oude Goten en Saksen noemden dit festival Joelfeest.

An der britischen Küste sitzt ein 4 cm großes Garnelenmännchen fest.

Aan de Britse kust zit een garnaal van slechts vier centimeter gevangen.

Ich binde mir immer fest die Schuhe, bevor ich joggen gehe.

Ik doe mijn veters altijd stevig vast vooraleer ik ga joggen.

Beim Anprobieren stellte Dima fest, dass der Anzug zu groß war.

Dima paste het pak, maar het bleek te groot te zijn.

Für den Reichen ist es Fasten, für den Armen ein Fest.

Voor de rijke is het vasten, voor de arme een feest.

Glaubst du, dass der Teich fest genug zum Schlittschuhlaufen zugefroren ist?

Denk je dat de vijver genoeg bevroren is om erop te schaatsen?

Ich gehe nur dann auf das Fest, wenn du auch mitkommst.

Ik ga enkel naar het feest als jij ook meegaat.

Du hast das Kommando. Binden wir das Seil fest. Vielleicht hier herum?

Jij bent de baas. Laten we het touw vastmaken. Misschien hier omheen?

Ich wollte still bleiben, also hielt ich mich an einem Felsen fest.

Ik wilde me niet bewegen, dus ik hield een steen vast.

- Muss ich wirklich zu der Feier gehen?
- Soll ich zum Fest gehen?

Zal ik naar het feest gaan?