Examples of using "Brasilien" in a sentence and their dutch translations:
Ik kom uit Brazilië.
Ik kom uit Brazilië.
Wie heeft Brazilië ontdekt?
De hoofdstad van Brazilië is Brasilia.
Wij voeren koffie in uit Brazilië.
Brazilië is een groot land.
De paus bezocht Brazilië.
Ik zou graag in Brazilië willen wonen.
Wat weet jij over Brazilië?
Brazilië is een enorm land.
In Brazilië is het morgen Moederdag.
Toms bedrijf importeert Braziliaanse koffie.
Brazilië is het grootste land van Zuid-Amerika.
efficiënt vervoer van Brazilië tot China;
- Brazilië heeft bijna 200 miljoen inwoners.
- Brazilië telt bijna 200 miljoen inwoners.
Woon je in Portugal of Brazilië?
Haar familie verhuisde naar Brazilië.
Welke taal spreekt men in Brazilië?
Brasilia is de hoofdstad van Brazilië.
Brazilië is een erg groot land.
In 1964 was er één in Brazilië.
- Voetbal is de meest populaire sport in Brazilië.
- Voetbal is de populairste sport in Brazilië.
Brazilië is het op vier na grootste land ter wereld.
In 1958 heeft Brazilië zijn eerste overwinning behaald op het Wereldkampioenschap.
Tot onze verrassing ging ze alleen naar Brazilië.
Brazilië grenst aan tien landen en de Atlantische oceaan.
Tot onze verrassing ging ze alleen naar Brazilië.
Ik vraag me af welke taal men spreekt in Brazilië.
Ik vraag me af welke taal men spreekt in Brazilië.
Heb je een verwant of kennis die van Brazilië is?
- Peru is, na Brazilië en Argentinië, het derde grootste land van Zuid-Amerika.
- Peru is na Brazilië en Argentinië het op twee na grootste land in Zuid-Amerika.
De Belgische voetbalploeg, de Rode Duivels, spelen over twee weken in Brazilië.
Ik las dat de president van Brazilië een vrouw is. Ze heet Dilma.
Dit is Braziliaans hout. Een van de beste ter wereld.
Ik las dat de president van Brazilië een vrouw is. Ze heet Dilma.