Examples of using "Blieben" in a sentence and their dutch translations:
Iedereen bleef.
tactisch instinct uitstekend bleven.
Twee problemen bleven onopgelost.
Ze bleven goede vrienden.
De aardappelen bleven warm.
Zij bleven thuis omdat het regende.
Hij en ik verbleven in het hotel.
Ze bleven vrienden.
We bleven thuis omdat het regende.
We verbleven in een hotel bij het meer.
De busprijzen zijn al twee jaar hetzelfde gebleven.
De laars van de soldaat bleef zitten in de modder.
Toms ouders bleven alleen samen ter wille van de kinderen.
In plaats van van boord te gaan, bleven we op het schip.
We zijn daar drie maanden gebleven.
Drie dingen zijn ons uit het paradijs overgebleven: de sterren, de bloemen en de kinderen.
Napoleon bij Wenen te voegen . Maar bij de grote slag bij Wagram bleven zijn troepen in de reserve,
Na de scheiding van mijn ouders, verhuisde mijn vader naar de toenmalige Karl-Marx-Stadt, en wij bleven in Leipzig.
Als een man elf schapen had en alle behalve negen stierven, hoeveel schapen zou hij dan nog hebben?