Examples of using "Presents" in a sentence and their dutch translations:
Vrouwen houden van geschenken.
Koop me geen cadeautjes meer.
Tom stuurde ons kerstcadeaus.
Koop me geen cadeautjes meer.
Ze vieren Kerstmis met cadeautjes.
Koop me geen cadeautjes meer.
- Ik heb vandaag kerstcadeautjes gekocht.
- Ik heb vandaag kerstcadeaus gekocht.
- Ik kocht vandaag kerstcadeaus.
- Ik kocht vandaag kerstcadeautjes.
Ik moet wat kerstcadeautjes kopen.
...geeft de nacht dieren bijzondere uitdagingen...
...geeft de nacht dieren uitzonderlijke uitdagingen...
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeautjes.
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeaus.
Ik heb vandaag wat kerstcadeautjes gekocht.
Koop me geen cadeautjes meer.
- Ik heb geen kerstcadeautjes gekocht.
- Ik heb geen kerstcadeaus gekocht.
Tom is aan het winkelen voor kerstcadeaus.
Ik heb dit jaar geen kerstcadeaus gekregen.
Tom stuurde ons kerstcadeaus.
Ik heb dit jaar geen kerstcadeaus gekocht.
Ik heb dit jaar geen kerstcadeaus gekregen.
Tom en Maria hebben hun kerstcadeaus geopend.
Hoeveel kado's krijgt het jonge paar?
- Tom kreeg meer kerstcadeaus dan ik.
- Tom heeft meer kerstcadeaus gekregen dan ik.
Tom kreeg meer kerstcadeaus dan Maria.
Ik moet wat kerstcadeautjes kopen.
- Heb je al je kerstcadeautjes ingepakt?
- Hebt u al uw kerstcadeautjes ingepakt?
- Hebben jullie al jullie kerstcadeautjes ingepakt?
Tom heeft de hele middag lang kerstcadeautjes ingepakt.
We hebben de kerstcadeautjes onder de boom gelegd.
- Van wie verwacht u kerstcadeaus?
- Van wie verwacht je kerstcadeaus?
- Van wie verwachten jullie kerstcadeaus?
Hij geeft altijd geschenken aan zijn vrouw.
Kinderen vonden kerstcadeaus verborgen onder het bed.
De kinderen wisselden cadeautjes uit op het kerstfeest.
Mijn broer kreeg meer cadeautjes bij kerst dan ik.
Mijn zus kreeg meer cadeautjes bij kerst dan ik.
We hebben te veel uitgegeven voor de kerstcadeaus.
Er lagen veel cadeautjes onder de kerstboom.
- We hebben de kerstcadeautjes onder de boom gelegd.
- We hebben de kerstcadeaus onder de boom gelegd.
- Hoeveel heb je uitgegeven aan kerstcadeaus?
- Hoeveel hebt u uitgegeven aan kerstcadeaus?
- Hoeveel hebben jullie uitgegeven aan kerstcadeaus?
Oom Tom stuurt ons elk jaar kerstcadeautjes.
Tom heeft de cadeaus onder de kerstboom gelegd.
Tom heeft wat cadeautjes onder de kerstboom gelegd.
Tom en Maria kochten elkaar kerstcadeaus.
Ik heb dit jaar geen kerstcadeaus gekocht.
In plaats van elkaar dit jaar kerstcadeaus te geven, hebben we het bedrag dat we aan cadeaus zouden hebben besteed aan een goed doel gedoneerd.
...en hopen dat een kortere weg zich aandient.
Je krijgt veel cadeautjes voor je verjaardag.
Tom heeft de kerstcadeautjes van de kinderen achter de sofa verstopt.
- Tom vond kerstcadeautjes verstopt onder het bed van zijn ouders.
- Tom vond kerstcadeaus verstopt onder het bed van zijn ouders.
We hebben dit jaar teveel uitgegeven aan kerstcadeaus.
- Aan wie geef je dit jaar kerstcadeaus?
- Aan wie geeft u dit jaar kerstcadeaus?
- Aan wie geven jullie dit jaar kerstcadeaus?
- Hoeveel kerstcadeaus heb je dit jaar gegeven?
- Hoeveel kerstcadeaus hebt u dit jaar gegeven?
- Hoeveel kerstcadeaus hebben jullie dit jaar gegeven?
Tom en ik gaven elkaar cadeautjes met Kerstmis.
- Hoeveel kerstcadeaus heb je dit jaar gekregen?
- Hoeveel kerstcadeaus hebt u dit jaar gekregen?
- Hoeveel kerstcadeaus hebben jullie dit jaar gekregen?
- Hoeveel mensen hebben je dit jaar kerstcadeaus gegeven?
- Hoeveel mensen hebben u dit jaar kerstcadeaus gegeven?
- Hoeveel mensen hebben jullie dit jaar kerstcadeaus gegeven?
Tom is de hele dag al aan het winkelen voor kerstcadeaus.
Er lagen maar drie cadeautjes onder de kerstboom.
Tom stuurde ons kerstcadeaus.
Tom en Maria gaven elkaar cadeautjes op kerstochtend.
Ik hoop dat ik veel cadeautjes voor Kerstmis krijg.
Ik moet nog een paar kerstcadeautjes inpakken.
Kijk eens aan. Wat een geweldige cadeautjes! Wat ben ik blij!
- Hoeveel mensen heb je dit jaar kerstcadeaus gekocht?
- Hoeveel mensen hebt u dit jaar kerstcadeaus gekocht?
- Hoeveel mensen hebben jullie dit jaar kerstcadeaus gekocht?
- Ik moet deze kerstcadeautjes ergens verstoppen waar Tom ze niet kan vinden.
- Ik moet deze kerstcadeaus ergens verstoppen waar Tom ze niet kan vinden.
Als je kunt eten in het wild, doe het dan.
- Heb je al kerstcadeautjes gekocht?
- Heeft u al kerstcadeautjes gekocht?
Met Kerstmis worden de kinderen 's morgens vroeg wakker om hun cadeautjes te openen.
Mijn ouders zeiden dat ze de meeste van hun kerstcadeaus al online hebben gekocht.
Tom en ik wisselen elke Kerstmis cadeautjes uit.
Hij is de Sints assistent. De man die de pakjes draagt.
alle cadeaus inpakt en de ondeugende kinderen straft door ze te slaan met een roe of ze ontvoert door
Er zijn weinig dingen vergelijkbaar met de vreugde op het gezicht van uw kind bij het openen van zijn of haar kerstcadeautjes.
Als je kunt eten in het wild, doe het dan. Dus, wat eten we?
Er liggen veel cadeautjes onder de kerstboom.
- Hoeveel heb je dit jaar aan kerstcadeaus besteed?
- Hoeveel hebt u dit jaar aan kerstcadeaus besteed?
- Hoeveel hebben jullie dit jaar aan kerstcadeaus besteed?