Translation of "Woont" in Russian

- Waar woont hij?
- Waar woont ie?

Где он живёт?

- Hij woont in Turkije.
- Zij woont in Turkije.

- Он живёт в Турции.
- Она живёт в Турции.

- Waar woont je opa?
- Waar woont je grootvader?

- Где живёт твой дедушка?
- Где живёт Ваш дедушка?

Woont u hier?

Вы здесь живете?

Waar woont gij?

- Где вы живёте?
- Где Вы живёте?

Woont hij hier?

- Он тут живёт?
- Живёт ли он здесь?
- Он тут проживает?
- Он здесь живёт?

Ze woont alleen.

Она живёт одна.

Niemand woont daar.

Там никто не живёт.

Waar woont hij?

- Где он живёт?
- Где Вы живёте?

Ze woont vlakbij.

Она живет неподалёку.

Tom woont alleen.

Том живёт один.

Hij woont hier.

Он живёт здесь.

Tom woont hier.

Том живёт здесь.

Waar woont Tom?

Где Том живёт?

Tom woont hiernaast.

Том живёт по соседству.

Waar woont John?

Где живет Джон?

Hij woont hiernaast.

Он живёт по соседству.

Hij woont alleen.

Он живёт один.

- Onze leraar woont vlakbij.
- Onze leraar woont in de buurt.
- Onze leraar woont dichtbij.

- Наш преподаватель живёт неподалёку.
- Наш учитель живёт неподалёку.

- Weten jullie waar hij woont?
- Weet je waar hij woont?
- Weet je waar ze woont?
- Weet u waar hij woont?
- Weet u waar ze woont?

Ты знаешь, где она живёт?

- Weet gij waar hij woont?
- Weten jullie waar hij woont?
- Weet je waar hij woont?
- Weet jij waar hij woont?
- Weet u waar hij woont?

- Ты знаешь, где он живёт?
- Вы знаете, где он живет?

- Waar woon je?
- Waar woont gij?
- Waar woont u?

- Где ты живёшь?
- Где вы живёте?
- Где Вы живёте?
- Вы где живёте?
- Ты где живёшь?

- Ze woont bij hem.
- Ze woont met hem samen.

Она живёт с ним.

- Weet gij waar hij woont?
- Weet je waar hij woont?
- Weet jij waar hij woont?

Ты знаешь, где он живёт?

- Weet gij waar hij woont?
- Weet jij waar hij woont?
- Weet u waar hij woont?

- Ты знаешь, где он живёт?
- Вы знаете, где он живет?

- Ze woont op het platteland.
- Ze woont in het land.

Она живёт в сельской местности.

- Hij woont in een appartement.
- Hij woont in een woning.

Он живёт в квартире.

- Ik weet waar hij woont.
- Ik weet waar ze woont.

Я знаю, где она живёт.

- Tom woont in een sloppenwijk.
- Tom woont in een krottenwijk.

Том живёт в трущобе.

- Ik weet waar ge woont.
- Ik weet waar je woont.

Я знаю, где ты живёшь.

- Weet gij waar hij woont?
- Weet jij waar hij woont?

Ты знаешь, где он живёт?

- Hij woont in een dorp.
- Hij woont op het platteland.

Он живёт в деревне.

- Ik weet waar hij woont.
- Ik weet waar je woont.

- Я знаю, где ты живёшь.
- Я знаю, где вы живете.

- Weet je waar ze woont?
- Weet u waar ze woont?

- Ты знаешь, где она живёт?
- Вы знаете, где она живёт?

- Haar kleinkind woont in Nederland.
- Hun kleinkind woont in Nederland.

Её внук живёт в Нидерландах.

woont in mijn buurt.

живёт не дальше 12 остановок метро от меня.

Hij woont boven mij.

Он живёт надо мной.

Waar woont je oom?

Где живет твой дядя?

Zij woont in Yokohama.

Она живет в Иокогаме.

Hij woont in Boston.

Он живёт в Бостоне.

Tom woont in Boston.

Том живёт в Бостоне.

Hij woont in Marokko.

Он живёт в Марокко.

Waar woont je oma?

Где живёт твоя бабушка?

Tom woont in Wales.

Том живёт в Уэльсе.

Woont je zus daar?

Твоя сестра живёт там?

Tom woont in Gangnam.

Том живёт в Гангнаме.

Waar woont u nu?

Где вы сейчас живёте?

Waar woont gij eigenlijk?

Где Вы, собственно, живете?

Waar woont je opa?

Где живёт твой дедушка?

Leanne woont in Leicester.

Линн живет в Лестере.

Waar woont ze nu?

Где она теперь живет?

Hij woont in Nagasaki.

Он живёт в Нагасаки.

Hij woont in Osaka.

Он живёт в Осаке.

Hij woont in Tokio.

Он живёт в Токио.

Hij woont naast ons.

Он живёт рядом с нами.

Maria woont in Caïro.

Мэри живет в Каире.

Waar woont Marika nu?

Где Марика сейчас живёт?

Hij woont in Engeland.

Он живёт в Англии.

Hij woont in Kioto.

Он живёт в Киото.

Ze woont in Kyoto.

Она живёт в Киото.

Hier woont mijn familie.

Моя семья живёт здесь.

Ze woont in Rome.

Она живёт в Риме.

Zij woont in Dubai.

Она живёт в Дубае.

Tom woont in Australië.

Том живёт в Австралии.

Hier woont één beer.

Здесь живет один медведь.

Carol woont in Chicago.

Кэрол живет в Чикаго.