Translation of "Zwart" in Portuguese

0.015 sec.

Examples of using "Zwart" in a sentence and their portuguese translations:

- Is hij niet zwart?
- Is het niet zwart?

Não é preto?

Ja, kijk. Zwart.

Sim, veja, é preto.

- Hij heeft een zwart hemd.
- Hij heeft een zwart overhemd.

Ele tem uma camisa preta.

Zwart staat je goed.

- Preto combina com você.
- Preto cai bem em você.
- O preto te cai bem.

Is het niet zwart?

- Não é preto?
- Isto não é preto?

De kat is zwart.

O gato é negro.

Is het paard zwart?

- O cavalo é negro?
- O cavalo é preto?

Het paard is zwart.

O cavalo é preto.

Is jouw auto zwart?

O teu carro, a cor dele é preta?

Het potlood is zwart.

O lápis é preto.

Tom heeft zwart haar.

Tom tem cabelos pretos.

Zwart-witfoto's fascineren me.

- Sou fascinada por fotos em preto e branco.
- Sou fascinado por fotos em preto e branco.

Ze droegen allen zwart.

Todos estavam vestidos de preto.

Jouw kat is zwart.

O teu gato é preto.

De mijne is zwart.

O meu é preto.

Mijn paard is zwart.

- O meu cavalo é preto.
- O meu cavalo é negro.

Mijn kat is zwart.

O meu gato é preto.

- Tom heeft zijn haar zwart geverfd.
- Tom verfde zijn haar zwart.

Tom tingiu o cabelo de preto.

Die jongen heeft zwart haar.

Esse menino tem cabelo preto.

Het is een zwart gat.

É um buraco negro.

Haar nieuwe vriend is zwart.

- O seu namorado novo é negro.
- O namorado novo dela é negro.

- Alles werd donker.
- Alles werd zwart.

- Tudo ficou preto.
- Escureceu tudo.

Tom draagt zelden zijn zwart hemd.

Tom raramente usa a sua camisa preta.

De hemel was zwart als git.

O céu estava negro como breu.

Een raaf is zwart als kool.

O corvo é negro como o carvão.

Hij liegt dat hij zwart ziet.

Ele mente tanto, que as paredes estalam.

Sneeuw is wit, roet is zwart.

A neve é branca, a fuligem é preta.

Haar ogen waren zwart als kool.

Ela tinha olhos negros como carvão.

Ze is altijd in het zwart gekleed.

Sempre está vestida de preto.

Een kraai is zo zwart als steenkool.

O corvo é preto como carvão.

Een raaf is zo zwart als steenkool.

Um corvo é tão negro quanto carvão.

Zij kleedt zich altijd in het zwart.

Ela sempre se veste de preto.

Ik heb twee honden. De ene is wit, de andere zwart.

Eu tenho dois cachorros. Um é branco e o outro é preto.

Er is een zwart gat in het centrum van onze Melkweg.

Existe um buraco negro no centro de nossa galáxia.

De bruidegom draagt een zwart pak, de bruid een witte jurk.

O noivo leva um traje preto, a noiva um vestido branco.

We hebben twee katten; de ene is wit en de andere zwart.

Temos dois gatos; um é branco e o outro é preto.

Ze heeft twee katten. De ene is wit en de andere is zwart.

Ela tem dois gatos. Um é branco e o outro é preto.

Als ze er slechts drie had, waren ze altijd voor zwart, wit en rood.

E se tiver apenas três, eram sempre para preto, branco e vermelho.

- Ik heb een kat en een hond. De kat is zwart, en de hond wit.
- Ik heb een kat en een hond. De kat is zwart en de hond is wit.

Eu tenho um gato e um cachorro. O gato é preto e o cachorro é branco.

Ik heb een kat en een hond. De kat is zwart, en de hond wit.

Eu tenho um gato e um cachorro. O gato é preto e o cachorro é branco.

- Zet dat op papier.
- Zet dat zwart op wit.
- Schrijf het op.
- Leg het schriftelijk vast.

Coloque isso por escrito.

Het maakt niet uit of de kat zwart is of wit, als ze maar muizen vangt.

Não importa se o gato é preto ou branco contanto que ele pegue ratos.

Ik heb een kat en een hond. De kat is zwart en de hond is wit.

Eu tenho um gato e um cachorro. O gato é preto e o cachorro é branco.

Mijn beige beha is nu bruin en mijn rode zwart. Zoveel heb ik ze ook gedragen.

O meu sutiã beige está castanho e o vermelho, preto, de tanto os usar.

Als het leger in wit uniform de koning in zwart uniform gevangenneemt, wint dat leger het spel.

Se o exército de uniforme branco aprisiona o rei de uniforme preto, aquele exército é vencedor da partida.

Schaken is een gevecht tussen twee legers: een in wit uniform en de ander in zwart uniform.

O xadrez é uma luta entre dois exércitos: um de uniforme branco e outro de uniforme preto.

Het paspoort van de president van de Verenigde Staten is zwart, niet blauw zoals dat van een gewone burger.

O passaporte do presidente dos Estados Unidos é preto, e não azul como o dos cidadãos comuns.

Mijn kleinzoon heeft een poesje. Het poesje heeft een zwart-witte vacht en groenige ogen. Mijn kleinzoon is er dol op om met haar te spelen. Hij heeft haar de naam Vivi gegeven. Vivi is mooi. Het is ons huisdier.

Meu neto tem uma gatinha. A gatinha tem pelo branco e preto e olhos esverdeados. Meu neto adora brincar com ela. Ele lhe deu o nome de Vivi. Vivi é linda. É o nosso animal de estimação.