Translation of "Kus" in Portuguese

0.005 sec.

Examples of using "Kus" in a sentence and their portuguese translations:

- Kus me!
- Kus me.

- Me beija.
- Beije-me.
- Beijem-me.
- Beijai-me.
- Me beije.

- Kus me!
- Geef me een kus.
- Kus me.

Me beija.

Kus me.

- Me beija.
- Dê-me um beijo.
- Beije-me.
- Me beije.

Kus Tom.

Beije Tom.

Kus de koningin!

Beija a rainha!

- Kus haar.
- Zoen haar.

Beijai-a.

Kus je me niet?

Você não vai me beijar?

Het was maar een kus.

- Só foi um beijo.
- Foi apenas um beijo.

Noem jij dat een kus?

Você chama isso de beijo?

Ik moet gaan. Dikke kus!

Preciso ir. Beijão!

Hoe was de eerste kus?

Que tal foi o primeiro beijo?

Tom hoopte een kus te krijgen.

Tom esperava conseguir um beijo.

Jouw kus is zoeter dan honing.

- Seu beijo é mais doce que mel.
- O teu beijo é mais doce que o mel.

Mag ik je een kus geven?

Posso beijar você?

Ze gaf me plotseling een kus.

Ela me deu um beijo de repente.

Julia geeft een kus aan haar dochter.

Júlia dá um beijo em sua filha.

Een kus in ere kan niemand weigeren.

Beijo de estima ninguém pode proibir.

- Geef Tom een kus.
- Geef Tom een zoen.

Dê um beijo em Tom.

- Je bent me een zoen verschuldigd.
- Je bent me een kus verschuldigd.
- U bent mij een kus verschuldigd.
- U bent mij een zoen verschuldigd.
- Jullie zijn mij een kus verschuldigd.
- Jullie zijn mij een zoen verschuldigd.

- Você me deve um beijo.
- Estás me devendo um beijo.

- Als je mij ijs koopt, dan zal ik je kussen.
- Als je mij een ijsje koopt, dan geef ik je een kus.
- Als je mij een ijsje betaalt, dan geef ik je een zoen.

Se você me comprar um sorvete, eu lhe dou um beijo.