Translation of "Israël" in Portuguese

0.005 sec.

Examples of using "Israël" in a sentence and their portuguese translations:

Ik kom uit Israël.

- Eu sou de Israel.
- Sou de Israel.

Israël is een ontwikkeld land.

Israel é um país desenvolvido.

Mijn baas komt uit Israël.

Meu chefe é de Israel.

Ik ben geboren in Israël.

- Nasci em Israel.
- Eu nasci em Israel.

Mijn chef is afkomstig uit Israël.

Meu chefe é de Israel.

Jeruzalem is de hoofdstad van Israël.

Jerusalém é a capital de Israel.

Hosni Moebarak heeft maar één vriend, namelijk Israël.

Hosni Mobarak tem apenas um amigo. É Israel.

Staat, vocht tegen Israël, ook via daden van terrorisme.

lutou contra Israel, incluindo através de atos de terrorismo.

Aan het einde van de oorlog controleerde Israël alles van het grondgebied met uitzondering van Gaza, die Egypte

No final da guerra, Israel controlava todo o território, exceto Gaza que estava sob o controle do Egito,