Translation of "Regenen" in French

0.024 sec.

Examples of using "Regenen" in a sentence and their french translations:

- Het zal misschien regenen.
- Het gaat misschien regenen.
- Misschien gaat het regenen.
- Het kan gaan regenen.

Il pourrait pleuvoir.

- Het gaat misschien regenen.
- Misschien gaat het regenen.

Il se peut qu'il pleuve.

Het gaat regenen.

Il va pleuvoir.

Gaat het regenen?

Pleuvra-t-il ?

- Gaat het vandaag regenen?
- Zal het vandaag gaan regenen?

- Pleuvra-t-il aujourd'hui ?
- Va-t-il pleuvoir aujourd'hui ?

Gaat het morgen regenen?

- Pleuvra-t-il demain ?
- Est-ce qu'il pleuvra demain?
- Pleut-il demain ?

Het zal regenen vanmiddag.

Il va pleuvoir cet après-midi.

Morgen gaat het regenen.

- Il va pleuvoir demain.
- Demain, il pleuvra.
- Il pleuvra demain.

Het begon te regenen.

Il se mit à pleuvoir.

Het begint te regenen.

Il commence à pleuvoir.

Gaat het vanmiddag regenen?

- Pleuvra-t-il cet après-midi ?
- Pleuvra-t-il cette après-midi ?
- Va-t-il pleuvoir cet après-midi ?
- Va-t-il pleuvoir cette après-midi ?

Misschien gaat het regenen.

- Peut-être pleut-il.
- Peut-être qu'il pleut.

- Het zal ongetwijfeld gaan regenen.
- Het zal zonder twijfel gaan regenen.

- Il va certainement pleuvoir.
- Il pleuvra, sans aucun doute.
- Il pleuvra certainement.

- Het is weer aan het regenen.
- Het is weer aan het regenen!

Il pleut de nouveau !

Misschien gaat het vanmiddag regenen.

Il se peut qu'il pleuve cet après-midi.

Het dreigt te gaan regenen.

- La pluie menace de tomber.
- Il menace de pleuvoir.

Het begon fel te regenen.

- Une averse commença à tomber.
- Il a commencé à pleuvoir fort.
- Il se mit à pleuvoir des cordes.
- Il s'est mis à tomber des cordes.
- Il commença à pleuvoir à torrents.

Wanneer begon het te regenen?

- Quand est-ce qu'il a commencé à pleuvoir ?
- Quand a-t-il commencé à pleuvoir ?

Misschien gaat het regenen morgen.

Il va peut-être pleuvoir demain.

Het zal ongetwijfeld gaan regenen.

- Il va certainement pleuvoir.
- Il va sûrement pleuvoir.
- Il pleuvra certainement.
- Il pleuvra assurément.

Zal het regenen, of niet?

Pleuvra, pleuvra pas ?

Het bleef drie dagen regenen.

Il a plu trois jours d'affilée.

Opeens begon het te regenen.

- Soudainement il se mit à pleuvoir.
- Tout à coup, il se mit à pleuvoir.
- Soudain, il commença à pleuvoir.
- Soudain il a commencé à pleuvoir.

Het kan morgen gaan regenen.

Il pourrait pleuvoir demain.

Het zal waarschijnlijk regenen morgen.

Il devrait pleuvoir demain.

Is het gestopt met regenen?

Il pleut plus ?

- Ik kan niet wachten op de regen.
- Laat 't regenen.
- Laat het regenen.

Vivement qu'il pleuve.

- Volgens de weersvoorspelling gaat het morgenmiddag regenen.
- Volgens het weerbericht gaat het morgenmiddag regenen.

Le bulletin météo indique qu'il pleuvra demain après-midi.

- Ik vrees dat het zal gaan regenen.
- Ik ben bang dat het gaat regenen.

J'ai peur qu'il pleuve.

- Het begon fel te regenen.
- Het begon te gieten.
- Het begon pijpestelen te regenen.

- Une averse commença à tomber.
- Il se mit à pleuvoir des cordes.
- Il s'est mis à tomber des cordes.

De barometer zakt. Het gaat regenen.

Le baromètre descend - il va pleuvoir.

Het zal zonder twijfel gaan regenen.

Il pleuvra, sans aucun doute.

Melanie denkt dat het gaat regenen.

Mélanie pense qu'il va se mettre à pleuvoir.

Tom denkt dat het gaat regenen.

Tom pense qu'il va pleuvoir.

Ja, het zou kunnen gaan regenen.

Oui, il pleut aujourd'hui.

Het is weer aan het regenen.

Il pleut à nouveau.

Het is weer aan het regenen!

Il pleut à nouveau.

- Het ziet ernaar uit dat het gaat regenen.
- Het zal waarschijnlijk regenen.
- Waarschijnlijk regent het.

Il pleuvra probablement.

- Het is weer aan het regenen.
- Het regent weer.
- Het is weer aan het regenen!

- Il pleut encore.
- Il pleut à nouveau.

Ik denk dat het vandaag gaat regenen.

Je pense qu'il va pleuvoir aujourd'hui.

Ik wou dat het ophield met regenen.

J'espère qu'il va arrêter de pleuvoir.

Volgens de radio zal het morgen regenen.

Selon la radio, il va pleuvoir demain.

- Het regende.
- Het was aan het regenen.

- Il pleuvait.
- Il plut.

Het is aan het regenen sinds dinsdag.

Il pleut depuis mardi.

Het bleef de hele dag door regenen.

La pluie a continué toute la journée.

Volgens de televisie zal het morgen regenen.

Selon la télévision, il pleuvra demain.

"Zal het regenen?" "Ik hoop van niet."

«Il va pleuvoir ?» «J'espère que non.»

Het schijnt dat het morgen zal regenen.

On dirait qu'il va pleuvoir, demain.

- Het regent.
- Het is aan het regenen.

Il pleut.

We vertrekken zodra het stopt met regenen.

Nous irons lorsqu'il s'arrêtera de pleuvoir.

- Het dreigt te regenen.
- Er dreigt regen.

Il risque de pleuvoir.