Translation of "Gekookt" in French

Wat hebben jullie gekookt?

Qu'est-ce que vous avez cuisiné?

- Yanni kookte.
- Yanni heeft gekookt.

Yanni a cuisiné.

- Tom kookte.
- Tom heeft gekookt.

Tom a cuisiné.

- Wie kookte?
- Wie heeft gekookt?

Qui a cuisiné ?

Mijn moeder heeft tien eieren gekookt.

Ma mère a cuit dix œufs.

Ze heeft het avondeten zelf gekookt.

- Elle a fait le dîner elle-même.
- Elle a elle-même confectionné le dîner.

Maria heeft nog nooit een kalkoen gekookt.

Marie n'a jamais préparé de dinde.

- Ik heb het diner gekookt.
- Ik kookte het diner.

J'ai préparé à dîner.

Omdat jij hebt gekookt, zal ik de afwas doen.

Je ferai la vaisselle puisque tu as fait la cuisine.

- Ze heeft de eieren gekookt.
- Ze kookte de eieren.

Elle a cuit les œufs.