Translation of "Vrij" in English

0.007 sec.

Examples of using "Vrij" in a sentence and their english translations:

- Ben je vrij?
- Bent u vrij?
- Zijn jullie vrij?

Are you free?

- Je bent vrij.
- U bent vrij.
- Jullie zijn vrij.

- You're free.
- You are free.

- Laat hem vrij.
- Laat hem vrij!

- Release him.
- Release him!

- U bent vrij.
- Jullie zijn vrij.

- That's free.
- You're free.
- You are free.
- He's free.

- Bent u vrij?
- Zijn jullie vrij?

- Are you available?
- Are you guys free?

- Ik ben vrij.
- Ik ben vrij!

I'm free.

- Je bent vrij.
- U bent vrij.

- You're free.
- You are free.

Vrij indrukwekkend.

Rather amazing.

- Hou volgende zondag vrij.
- Hou zondag vrij.

Keep next Sunday free.

- De gedachten zijn vrij.
- Denken staat vrij.

Thought is free.

- Wanneer ben je vrij?
- Wanneer bent u vrij?
- Wanneer zijn jullie vrij?

When are you free?

- Ben je overmorgen vrij?
- Bent u overmorgen vrij?
- Zijn jullie overmorgen vrij?

- Do you have time the day after tomorrow?
- Are you free the day after tomorrow?

- Ben je vanavond vrij?
- Bent u vanavond vrij?
- Zijn jullie vanavond vrij?

Are you free tonight?

- Je bent nu vrij.
- U bent nu vrij.
- Jullie zijn nu vrij.

You're free now.

- Ben je morgen vrij?
- Bent u morgen vrij?
- Zijn jullie morgen vrij?

Are you free tomorrow?

- Ik ben deze nacht vrij.
- Vanavond ben ik vrij.
- Ik ben vanavond vrij.

- Tonight I'm free.
- Tonight I'm available.

- Vanavond ben ik vrij.
- Ik ben vanavond vrij.

- I'll be free this evening.
- I'm free tonight.
- I am free this evening.
- Tonight I'm free.
- Tonight I'm available.
- I'm not busy tonight.
- I am free tonight.
- I'm free this evening.

Vrij moerassig, hier.

Getting pretty boggy, this.

Vrij ondiep water.

Fairly shallow water.

We zijn vrij!

We're free!

Ik ben vrij!

- I'm free.
- I'm free!

Laat me vrij!

- Let go of me!
- Let me go!

Tom is vrij.

- Tom's free.
- Tom is free.

Bent u vrij?

Are you available?

Ik ben vrij.

I'm free.

Denken staat vrij.

Thought is free.

Laat Tom vrij.

Release Tom.

Zij zijn vrij.

They're free.

We zijn vrij.

- We're free!
- We're free.

Je bent vrij.

- You're free.
- You are free.

Laat ze vrij.

Set them free.

Laat hem vrij.

- Release him.
- Set him free.

Laat haar vrij.

Set her free.

Werk maakt vrij.

- Work makes free.
- Work liberates.

Laat hem vrij!

Release him!

Sami was vrij.

Sami was free.

Zijn jullie vrij?

Are you guys free?

- Ik ben deze nacht vrij.
- Ik ben vanavond vrij.

- I'm free tonight.
- I am free this evening.
- I am free tonight.
- I'm free this evening.

- Zijn jullie vanmiddag vrij?
- Zijn jullie deze middag vrij?

Are you guys free this afternoon?

- De gedachten zijn vrij.
- Denken is kosteloos.
- Denken staat vrij.

Thought is free.

- Het is een vrij land.
- Dit is een vrij land.

This is a free country.

Het ruikt vrij sterk.

But, oh, it smells pretty strong.

Dit werkt vrij goed.

Okay. Well, this has worked pretty well.

Dit is vrij riskant.

This is getting pretty dicey now.

Dit is vrij ondiep.

[Bear] This is pretty shallow.

Je vrij gemakkelijk uitzoeken.

that out quite easily.

Hou volgende zondag vrij.

Keep next Sunday free.

Is deze zitplaats vrij?

- Is this seat taken?
- Is this seat empty?
- Is this seat vacant?
- Is this seat free?

Ben je vanmiddag vrij?

Are you free this afternoon?

Het is vrij koud.

- It's pretty cold.
- It is pretty cold.

Ben je vrijdagmiddag vrij?

Are you free on Friday afternoon?

Excuseer, is deze vrij?

- Excuse me, is this seat taken?
- Excuse me, is this seat free?

Je bent vrij goed.

You're pretty good.

Vanmiddag ben ik vrij.

I'll be free this evening.

Ik ben vandaag vrij.

I'm free today.

Maria is vrij pretentieus.

Mary is quite snobby.

Ik wil vrij zijn.

I want to be free.

Ik wilde vrij zijn.

I wanted to be free.

Morgen bent u vrij.

You are free tomorrow.

Is zij vrij vanavond?

Is she free this evening?

Is hij vrij vanavond?

Is he free this evening?

We zijn eindelijk vrij.

- We are finally free.
- We're finally free.

Wie is er vrij?

Who's free?

De plek is vrij.

- This seat's free.
- That seat is free.

Ik ben niet vrij.

I'm not free.

Heeft u vanavond vrij?

Are you off duty tonight?

Ik neem morgenmiddag vrij.

- I am taking tomorrow afternoon off.
- I'm taking tomorrow afternoon off.