Translation of "Opgegroeid" in English

Waar zijn jullie opgegroeid?

Where did you guys grow up?

Ik ben tweetalig opgegroeid.

I grew up bilingual.

Ik ben hier opgegroeid.

I grew up here.

Ik ben met Pokémon opgegroeid.

- I grew up on watching Pokémon.
- I grew up watching Pokemon.

Ik ben opgegroeid in Boston.

- I was raised in Boston.
- I was brought up in Boston.

Tom is hier niet opgegroeid.

Tom didn't grow up here.

Ben je in Boston opgegroeid?

Did you grow up in Boston?

Hij is opgegroeid in Duitsland.

He grew up in Germany.

Ik ben in Australië opgegroeid.

I was raised in Australia.

Layla is opgegroeid met jongens.

Layla grew up with boys.

- Ze is opgegroeid in de Duitse Democratische Republiek.
- Ze is opgegroeid in de DDR.

- She grew up in the German Democratic Republic.
- She grew up in the GDR.

Het huis waarin ik ben opgegroeid,

the house that I grew up in,

Ik ben hier geboren en opgegroeid.

I was born and raised here.

Ik ben opgegroeid hier in Boston.

I grew up here in Boston.

Ik ben in dit huis opgegroeid.

I grew up in this house.

Ik ben in die buurt opgegroeid.

I grew up in that neighborhood.

Tom is in een weeshuis opgegroeid.

- Tom grew up in an orphanage.
- Tom was raised in an orphanage.

Waar in Oostenrijk ben je opgegroeid?

Where in Austria did you grow up?

Waar in Australië ben je opgegroeid?

Where in Australia did you grow up?

Ik ben opgegroeid op het platteland.

- I was brought up in the country.
- I grew up in the country.

Ik ben opgegroeid op een boerderij.

I was brought up on a farm.

Ik ben opgegroeid in Kootenai County, Idaho.

I grew up in Kootenai County, Idaho,

Hij is in een klein dorp opgegroeid.

He grew up in a little village.

Ik ben opgegroeid met de Japanse keuken.

I grew up eating Japanese food.

Tom is geboren en opgegroeid in Boston.

Tom was born and raised in Boston.

- Ik groeide op in het land.
- Ik ben opgegroeid in het land.
- Ik ben opgegroeid op het platteland.

I grew up in the country.

- Ik herinner mij het huis waarin ik opgegroeid ben.
- Ik herinner me het huis waar ik opgegroeid ben.

I remember the house where I grew up.

- Ik ben opgegroeid in deze buurt.
- Ik groeide op in deze buurt.
- Ik ben in deze buurt opgegroeid.

- I grew up in this neighborhood.
- I grew up in that neighborhood.

- We zijn samen opgegroeid.
- We groeiden samen op.

We grew up together.

Ik ben opgegroeid met deze traditie in België.

I grew up with this tradition in Belgium.

Tom vroeg zich af waar Mary was opgegroeid.

Tom wondered where Mary had grown up.

Ik ben op een boerderij in Australië opgegroeid.

I grew up on a farm in Australia.

Ik ben opgegroeid met ‘Star Trek’ en ‘Forbidden Planet’

I grew up watching "Star Trek" and "Forbidden Planet,"

Ik ben geboren in Osaka, maar opgegroeid in Tokio.

I was born in Osaka, but I was brought up in Tokyo.

Ik herinner me het huis waar ik opgegroeid ben.

I remember the house where I grew up.

Hij is opgegroeid in een huis waar het spookt.

He grew up in a house that was haunted.

Ze is opgegroeid in een huis waar het spookt.

She grew up in a house that was haunted.

Ik ben in Nederland geboren maar in België opgegroeid.

I was born in the Netherlands but grew up in Belgium.

Ik wil het huis zien waar je bent opgegroeid.

I want to see the house you grew up in.

- Ze is opgegroeid in Frankrijk.
- Ze groeide op in Frankrijk.

She was raised in France.

- Hij groeide op in Duitsland.
- Hij is opgegroeid in Duitsland.

He grew up in Germany.

- Ik ben opgegroeid in Australië.
- Ik groeide op in Australië.

I grew up in Australia.

Het huis waarin ik ben opgegroeid, is vorige week gesloopt.

The house I grew up in was demolished last week.

Je zou kunnen stellen dat cannabis en mensen samen opgegroeid zijn.

You could say that cannabis and human beings grew up together.

Ondanks dat ze opgegroeid is in Japan spreekt zij vloeiend Engels.

Even though she grew up in Japan, she speaks fluent English.

- Ik groeide op in het land.
- Ik ben opgegroeid op het platteland.

I grew up in the country.

- Ik ben opgegroeid in de bossen.
- Ik groeide op in de bossen.

I grew up in the woods.

- Ik ben opgegroeid in dat huis.
- Ik groeide op in dat huis.

I grew up in that house.

- Ik ben opgegroeid in de bergen.
- Ik groeide op in de bergen.

I grew up in the mountains.

Veel mensen van de generatie van mijn grootvader zijn opgegroeid in de boerderij.

Many people in my grandfather's generation grew up on farms.

- Hij kent geen enkel woord Frans, maar anderzijds kan hij wel Engels spreken alsof hij ermee opgegroeid is.
- Hij spreekt geen enkel woord Frans, maar aan de andere kant spreekt hij Engels alsof hij ermee is opgegroeid.

He doesn't speak a single word of French, but on the other hand, he speaks English like he was born into it.

Hij kent geen enkel woord Frans, maar anderzijds kan hij wel Engels spreken alsof hij ermee opgegroeid is.

He doesn't speak a single word of French, but on the other hand, he speaks English like he was born into it.

- Ik groeide op in de buurt van een rivier.
- Ik ben opgegroeid in de buurt van een rivier.

I grew up near a river.