Examples of using "çanta" in a sentence and their dutch translations:
- Welke zak is van jou?
- Welke tas is van jou?
De tas was niet van mij.
Van wie is deze tas?
Deze tas is van mij.
Die tas is van mij.
Deze tas is niet klein.
Welke plastic tas is van jou?
Ik heb één zak gekocht.
Ik heb één zak gekocht.
Breng ons alstublieft twee tassen thee en een tas koffie.
Er staat een tas op het bureau.
Hij draagt een tas op zijn rug.
Is die zwarte zak van jou?
Ik zoek een tas voor mijn vrouw.
Kijk jongens; deze tas zit vol met peren.
Deze tas is in geen enkele winkel verkrijgbaar.
Is dit jouw tas of de zijne?