Examples of using "Conocía" in a sentence and their dutch translations:
Ik dacht al dat ik hen kende.
Ik kende die melodie niet.
Hij beweert dat hij u goed gekend heeft.
Ze kende dat verhaal al.
Ze vroeg me of ik haar adres kende.
Ik kende zijn plan niet.
Kende je hem?
Tom dacht dat Mary John kende.
Ik kende Tom vorig jaar nog niet.
Naast Tom kende ik daar niemand.
Tom heeft me verteld dat hij niemand kent die Mary heet.
Ondanks dat hij mijn buurman is, kende ik hem niet goed.
Ze liep me voorbij terwijl ze deed alsof ze me niet kende.
Ik kende toen de levensstadia van een octopus.
- Ik had geen weet van zijn plan.
- Ik kende zijn plan niet.
Napoleon wist dat Ney waard was in de strijd, en dat het leger hem aanbad ...
Het grappige is dat, hoewel het een late sage is, dit verhaal over de zwijntjes eerder bekend
Ze zei mij dat ze mijn broer kent.
Vroeger, toen ik nog op turnen zat, heb ik ooit eens mijn enkel verstuikt toen ik alleen een flikflak probeerde te doen. Ik had dat nog nooit alleen gedaan, maar ik durfde geen hulp te vragen, omdat ik net in een nieuwe groep zat en nog niemand kende.