Examples of using "Acordar" in a sentence and their dutch translations:
Ik kan het niet herinneren.
Ik kan me de eerste keer nog herinneren.
Ik weet niet meer hoe ik daar moet komen.
Ik kan me niet al hun namen herinneren.
Ik kan me zijn naam niet herinneren.
- Ik kan mij niet herinneren, hoe daar te komen.
- Ik weet niet meer hoe ik daar moet komen.
Tom zei dat hij zich de laatste keer dat hij een film had gezien niet kon herinneren.