Translation of "поверили" in Dutch

Они мне не поверили.

Ze geloofden me niet.

- Все нам верили.
- Все нам поверили.
- Нам все верили.
- Нам все поверили.

Iedereen geloofde ons.

Сначала они ему не поверили.

In het begin geloofden ze hem niet.

- Они верили Тому.
- Они поверили Тому.

Ze geloofden Tom.

- Почему вы мне не поверили?
- Почему ты мне не поверил?

- Waarom hebt ge mij niet geloofd?
- Waarom geloofde je me niet?
- Waarom geloofde u me niet?
- Waarom geloofden jullie me niet?
- Waarom heb je mij niet geloofd?

Что ж, это история, и, несомненно, некоторые викинги поверили ей, а некоторые, без сомнения,

Dat is het verhaal, en ongetwijfeld geloofden sommige Vikingen het, en sommigen ongetwijfeld

- Ты действительно поверил, что это то, что хотел Том?
- Вы действительно поверили, что это то, что хотел Том?

Dacht je echt dat dat was wat Tom wilde?