Examples of using "зонт" in a sentence and their dutch translations:
Pak een paraplu.
Je gaat je paraplu nodig hebben.
Tom heeft een paraplu nodig.
Het is mijn paraplu.
Is deze paraplu van jou?
Hoeveel kost deze paraplu?
Van wie is deze paraplu?
Hebt u een paraplu nodig?
Ik ben vergeten een paraplu mee te nemen.
Wiens paraplu is dit?
- Is dat uw paraplu?
- Is dat jouw paraplu?
- Is dat jullie paraplu?
- Ik ben mijn regenscherm verloren.
- Ik ben mijn paraplu verloren.
Hoeveel kost deze paraplu?
Pak een paraplu.
Hoeveel kost deze paraplu?
Ik heb een paraplu gekocht.
Ze deed haar paraplu dicht en begon te rennen.
Deel mijn paraplu alsjeblieft.
Hij verliest steeds zijn paraplu.
Ik heb besloten een nieuwe paraplu te kopen.
Waarom heb je een nieuwe paraplu nodig?
Hij is alweer zijn paraplu kwijt.
Ik heb mijn paraplu thuis gelaten.
Ik heb mijn paraplu in een bus laten liggen.
Waar is mijn paraplu?
Ik heb je paraplu in de bus gelaten.
Hij heeft een paraplu nodig.
- Is dat zijn paraplu?
- Is dit zijn paraplu?
Is dit haar paraplu?
Hij nam geen paraplu mee.
Heeft u een paraplu nodig?
Dat is mijn paraplu.
Ik heb mijn paraplu in een bus laten liggen.
Ik heb een paraplu in mijn auto.
Vergeet geen paraplu mee te nemen voor het geval dat het regent.
Ik ben vergeten m'n paraplu mee te nemen.
Hoeveel kost deze paraplu?
Dit is niet mijn paraplu, het is die van iemand anders.
Tom heeft mijn paraplu gestolen.
Ik heb jouw paraplu.
Neem een paraplu met je mee in het geval dat het gaat regenen.
Ik snap niet waarom Tom zijn paraplu in de auto zou laten.
Ik heb besloten een nieuwe paraplu te kopen.
Mag ik je paraplu lenen?
Ik heb je paraplu in de bus gelaten.
Tom weet niet waar zijn paraplu is.
Het kan zijn dat ze haar paraplu in de bus gelaten heeft.
Ik heb je paraplu in de bus gelaten.
Neem je paraplu mee voor wanneer het zou regenen.