Examples of using "Шотландии" in a sentence and their dutch translations:
Het volkslied van Schotland heet "De bloem van Schotland".
Ben je nog steeds in Schotland?
Ben je nog steeds in Schotland?
- De buitenlander komt uit Schotland.
- De vreemdeling komt uit Schotland.
- Hij is in Schotland.
- Hij zit in Schotland.
Haar zus woont in Schotland.
Haar zus woont in Schotland.
Ik woon in Schotland.
Haar zus woont in Schotland.
Hij bracht een paar maanden door in Schotland.
Groot-Brittannië bestaat uit Wales, Engeland en Schotland.
Het klimaat in Engeland is milder dan dat van Schotland.
De mensen die gisteren vertrokken komen uit Schotland.
Het Verenigd Koninkrijk bestaat uit Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland.