Translation of "Apresentar" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Apresentar" in a sentence and their dutch translations:

O senhor deveria se apresentar.

U zou zich moeten voorstellen.

- Deixe-me apresentar a minha irmã.
- Deixe-me te apresentar a minha irmã.

Laat mij u mijn zuster voorstellen.

Podem apresentar espetos ou parecer suaves.

Ze kunnen er stekelig uitzien en glad.

Permita-me apresentar-lhe minha esposa.

Staat u mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.

Deixe-me apresentar a minha esposa.

- Laat mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.
- Staat u mij toe u mijn echtgenote voor te stellen.

Vou te apresentar para minha sogra.

Ik ga je voorstellen aan mijn schoonmoeder.

Deixe-me apresentar-lhe minha mãe.

Ik zal je aan mijn moeder voorstellen.

Queria te apresentar a um amigo meu.

Ik zou je een vriend van mij willen voorstellen.

Vou apresentar você ao resto do pessoal.

Ik ga je aan de rest van de bemanning voorstellen.

Há um novo membro do grupo para apresentar.

Er wordt een nieuw lid voorgesteld.

Posso me apresentar? Meu nome é Tom Frisch.

Mag ik mezelf voorstellen? Mijn naam is Tom Frisch.

Ele vai se apresentar como candidato no próximo ano.

Hij zal zich volgend jaar verkiesbaar stellen.

Quando a vida te apresentar motivos para chorar, mostra-lhe que tens mil e uma razões para rir.

Als het leven je redenen geeft om te huilen, laat het leven zien dat je duizend en een redenen hebt om te lachen.