Examples of using "Moje" in a sentence and their dutch translations:
Mijn generatie
Dat is van mij.
Ik heb mijn sleutels verloren.
Gecondoleerd!
Dat is van mij.
Dat is mijn broek.
Beantwoord mijn vragen.
Maria. Dit is mijn naam.
Dat is mijn broek.
Dat is mijn broek.
Deze cd is van mij, nietwaar?
Ik was mijn sokken.
Mijn knie bloedt.
Gefeliciteerd.
Dit zijn mijn favorieten.
Ik hou van mijn stad.
Ik heb mijn sleutels verloren.
- Ik heb mijn sleutels verloren.
- Ik ben mijn sleutels kwijt.
Mijn schoolcijfers waren gemiddeld.
Mijn woning is nabij.
Mijn bureau is oud.
Mijn rug doet nog steeds pijn.
Waar is mijn kantoor?
Geef me mijn geld terug!
Hier is mijn hart.
Waar is mijn geld?
Mijn ogen zijn blauw.
Mijn hartslag is hoog.
- Dat moest ík zeggen!
- Dat was mijn zin!
Waar is mijn bril?
- Mijn appartement is in de buurt.
- Mijn appartement is dichtbij.
- Dat is mijn lievelingsstoel.
- Dat is mijn favoriete stoel.
Dat zijn mijn cd's.
Gisteren was het mijn verjaardag.
Mijn schoenen zijn bruin.
- Ik ben al mijn geld kwijt.
- Ik heb al mijn geld verloren.
Het heeft mijn leven veranderd.
Waar is mijn bier?
Ik ben terug naar mijn plaats gegaan.
Mijn baby wil praten.
Mijn hobby is koken.
Dit zijn mijn boeken.
Mijn hobby is golfen.
Waar zijn mijn horloges?
Waar is mijn zin?
Waar is mijn ontbijt?
Mijn leven is saai.
Mijn broek is nat.
Mijn woordenschat is beperkt.
- Ik geef u mijn woord.
- Ik geef je mijn woord.
- Ik beloof het.
- Ik beloof het je.
Mijn honden zijn wit.
Bier is mijn brandstof.
Iemand nam mijn spullen.
Dit is mijn bureau.
Het was niet de mijne.
Daar vertrouw ik mijn leven aan toe.
Het is een te zware taak voor mij.
Iemand heeft al mijn geld gestolen.
Ik verjaar in juli.
Mijn cijfers zijn hoger dan gemiddeld.
Mijn verklaring klinkt misschien vreemd.
Mijn oor bloedde vanochtend.
Mijn hobby is mijn aquarium.
Hij kwam in mijn buurt wonen.
Ik gaf Tom al mijn geld.
Mijn verklaring was niet voldoende.
Pizza is mijn lievelingsgerecht.
Al deze boeken zijn van mij.
Tom spreekt mijn naam verkeerd uit.
Mijn kinderen luisteren niet naar mij.
- U heeft mijn vraag niet beantwoord.
- Je hebt mijn vraag niet beantwoord.
Ik wil antwoorden op mijn vragen.
Iemand heeft mijn rijbewijs gestolen.
Dat is mijn lievelingsgerecht.
Mijn hobby is muziek beluisteren.
Zijn mijn oren rood?
Ik heb mijn kleren in de wasdroger gestoken.