Examples of using "Inghilterra" in a sentence and their dutch translations:
Hij woont in Engeland.
Ik heb een vriend in Engeland.
Ik ga naar Engeland.
Ik heb een vriendin in Engeland.
Ik ga volgende maand naar Engeland.
Ik heb een vriend die in Engeland woont.
Nieuw-Zeeland, Engeland, Amerika
In Engeland krioelde het van de neushorens.
Ik heb een vriend in Engeland.
Dit boek is gedrukt in Engeland.
Over een week ben ik in Engeland.
Ik heb zes maanden in Engeland gestudeerd toen ik student was.
De zee scheidt Ierland van Engeland.
Het Verenigd Koninkrijk bestaat uit Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland.
Waarom, natuurlijk willen de mensen geen oorlog. Waarom zou een arme boerderij sloeber zijn leven in een oorlog riskeren wanneer hij er het beste uit kan komen door terug te keren naar zijn boerderij? Uiteraard willen de gewone mensen geen oorlog; noch in Rusland, noch in Engeland, noch in Amerika, noch wat dat betreft in Duitsland. Dat is vanzelfsprekend. Maar het zijn tenslotte de leiders van het land die het beleid bepalen en het is altijd een eenvoudige zaak om de mensen mee te slepen, of het nu gaat om een democratie of een fascistische dictatuur of een parlement of een communistische dictatuur. [...] Inspraak of geen inspraak, de mensen kunnen altijd op het bevel van de leiders worden gebracht. Dat is gemakkelijk. Het enige wat je hoeft te doen is hen vertellen dat ze worden aangevallen en de pacifisten veroordelen vanwege het gebrek aan patriottisme en het blootstellen van het land aan gevaar. Het werkt op dezelfde manier in elk land.