Examples of using "Betegnek" in a sentence and their dutch translations:
Hij lijkt ziek.
- Je ziet er ziek uit.
- U ziet er ziek uit.
- Jullie zien er ziek uit.
Tom ziet er ziek uit.
Tom leek ziek.
Voel je je ziek?
De hond ziet er ziek uit.
Ik voel me niet ziek.
Tom voelde zich ziek.
Zij deed alsof ze ziek was.