Examples of using "Lauf" in a sentence and their dutch translations:
Ren weg!
- Ren!
- Weglopen!
- Ren weg!
- Vlucht.
- Ren weg!
- Loop weg!
Loop langzaam!
Ren sneller!
Loop niet.
Loop voor me.
Dus, ren sneller!
Ontsnap!
Loop eens wat langzamer.
Volg mij niet.
Loop niet zo snel.
Loop zo snel mogelijk.
De ziekte neemt zijn loop.
- Laat je emoties de vrije loop.
- Laat je gevoelens los.
Loop niet op het glas.
- Vuur! Maak dat je wegkomt!
- Brand! Maak dat je wegkomt!
Ze liet haar tranen de vrije loop.
Ga even wat brood halen bij de bakker!
Hij heeft de wedren gemakkelijk gewonnen.
Loop voor me.
Loop niet zo snel.
- Vuur! Maak dat je wegkomt!
- Brand! Maak dat je wegkomt!
Loop niet zo snel.
Loop niet zo snel.
Hij heeft de wedren gemakkelijk gewonnen.
Ren voor je leven!
- Het zou leuk zijn om te zien hoe de zaken in de loop der jaren veranderen.
- Het zou leuk zijn om te zien hoe alles in de loop der jaren wijzigt.
Ren voor je leven!
Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel.
Loop niet zo snel.