Translation of "Wach" in Dutch

0.011 sec.

Examples of using "Wach" in a sentence and their dutch translations:

- Bleib wach.
- Bleiben Sie wach.

Blijf wakker.

- Bist du wach?
- Bist du noch wach?
- Seid ihr wach?

Ben je wakker?

Wach auf!

Word wakker!

Ich bin wach.

Ik ben wakker.

Bitte wach auf.

- Word alsjeblieft wakker.
- Word alstublieft wakker.

Tom ist wach.

Tom is wakker.

Sie ist wach.

Ze is wakker.

Er ist wach.

Hij is wakker.

Wir sind wach.

We zijn niet aan het slapen.

Bist du wach?

Ben je wakker?

- Kaffee hält mich wach.
- Der Kaffee hält mich wach.

Koffie houdt me wakker.

Komm schon, wach auf!

Kom op, wakker worden.

Das Baby ist wach.

De baby is wakker.

Kaffee hält mich wach.

Koffie houdt me wakker.

Bist du noch wach?

Ben je nog steeds wakker?

- Wach auf!
- Steh auf!

- Sta op!
- Word wakker!

Bist du wirklich wach?

Ben je echt wakker?

Ist Tom noch wach?

Is Tom nog steeds wakker?

Versuche, wach zu bleiben.

Probeer wakker te blijven.

Wach auf, wach auf, Gesellschaft von Freunden, alles Gute von Adils Leuten.

Word nu wakker, gezelschap van vrienden, jullie allemaal beste van Adils mensen.

Jetzt ist der Vater wach.

Nu is vader wakker.

Ich war da noch wach.

Op dat moment was ik nog wakker.

- Wach auf!
- Wachen Sie auf!

Word wakker!

Alte Menschen werden früh wach.

Oude mensen worden vroeg wakker.

Versuchen Sie, wach zu bleiben.

Probeer wakker te blijven.

Der Kaffee hält mich wach.

Koffie houdt me wakker.

- Bist du noch wach?
- Bist du noch auf?
- Bist du immer noch wach?

Ben je nog steeds wakker?

Ich war die ganze Nacht wach.

Ik heb de hele nacht niet geslapen.

- Tom ist wach.
- Tom ist auf.

Tom is wakker.

Ich sehe, dass du wach bist.

Ik zie dat je wakker bent.

- Ich bin wach.
- Ich bin auf.

Ik ben wakker.

Ich bin um vier Uhr wach geworden.

Ik werd om vier uur wakker.

Ein aufgebrochenes Herz ist wach, lebendig und tatendurstig.

Een opengebroken hart is alert en levend en roept op tot actie.

...in der noch viele Tiere wach sind. Simbabwe.

...die nog klaarwakker is. Zimbabwe.

Es bereitet ihm Schwierigkeiten, rechtzeitig wach zu werden.

Hij heeft moeite op tijd wakker te worden.

Warum bist du um diese Uhrzeit noch wach?

Waarom ben je zo laat nog op?

- Ist Tom noch wach?
- Ist Tom noch auf?

Is Tom nog steeds wakker?

- Bist du noch wach?
- Bist du noch auf?

Ben je nog steeds wakker?

MW: Wenn Sie zu lange wach liegen im Bett,

MW: Als je te lang wakker in bed blijft liggen,

- Ich bin gerade aufgewacht.
- Ich bin gerade wach geworden.

- Ik ben net wakker.
- Ik ben net wakker geworden.

Auch wenn der Wecker läutet, werde ich nicht wach.

Ik word niet wakker zelfs al gaat het alarm af.

- Tom schläft nicht.
- Tom ist wach.
- Tom ist auf.

Tom is wakker.

Fällt der Vollmond nachts aufs Dach, werden alle Bauern wach.

- Valt de volle maan 's nachts op het dak, dan worden alle boeren wakker.
- Valt de maan 's nachts op de daken, doet hij iedere boer ontwaken.

Ich trank eine Tasse Tee, um mich wach zu halten.

Ik dronk een kop thee om wakker te blijven.

Der Krach des heftigen Verkehrs hielt mich die ganze Nacht wach.

Het geluid van het zwaar verkeer heeft mij heel de nacht wakker gehouden.

Was bist du denn immer noch wach? Los, ab ins Bett!

Waarom ben je zo laat nog wakker? Snel naar bed, jij!

- Ich war die ganze Nacht wach.
- Ich verbrachte eine schlaflose Nacht.

Ik heb de hele nacht niet geslapen.

- Bist du immer noch wach? Du musst doch morgen wieder früh raus, oder?
- Bist du noch wach? Musst du morgen denn nicht auch früh raus?

- Ben je nog steeds wakker? Je moet morgen toch weer vroeg op?
- Ben je nog steeds wakker? Morgen moet je toch ook al vroeg uit bed?

Es sind Hunderte von Mini-Gärtnern. Sie sind die ganze Nacht wach...

Honderden miniatuur hoveniers... ...zijn de hele nacht in touw...

- Ich wurde gegen sechs Uhr wach.
- Ich wachte gegen sechs Uhr auf.

Ik ben rond zes uur wakker geworden.

Bist du noch wach? Musst du morgen denn nicht auch früh raus?

Ben je nog steeds wakker? Morgen moet je toch ook al vroeg uit bed?

Mein Bruder blieb oft die ganze Nacht wach, um Romane zu lesen.

Mijn broer bleef vaak de hele nacht op om romans te lezen.

- Ich habe dein Licht brennen sehen und wusste, dass du noch wach warst.
- Ich sah, dass dein Licht an war, und wusste, dass du noch wach warst.

- Ik zag dat je licht aan was en wist dat je nog wakker was.
- Ik zag dat jullie licht aan was en wist dat jullie nog wakker waren.

- Was hält dich denn nachts wach?
- Was hält dich nachts vom Schlafen ab?

Wat houdt u wakker 's nachts?

Bist du immer noch wach? Du musst doch morgen wieder früh raus, oder?

Ben je nog steeds wakker? Je moet morgen toch weer vroeg op?

- Vögel wachen gewöhnlich früh morgens auf.
- Vögel sind gewöhnlich schon sehr früh morgens wach.

Vogels worden gewoonlijk vroeg in de morgen wakker.

Viel Wasser trinken macht wach, ist gut für die Konzentration und macht ganz nebenbei auch noch eine schöne Haut.

Veel water drinken maakt alert, is goed voor de concentratie en maakt terloops ook nog een mooie huid.