Examples of using "Sofort" in a sentence and their dutch translations:
Kom onmiddellijk.
Ga onmiddellijk naar buiten!
Meteen!
- Kom dadelijk naar hier.
- Kom onmiddellijk naar hier.
Kom onmiddellijk.
Kom onmiddellijk.
Hij ging onmiddellijk weg.
Schrijf hem onmiddellijk!
We moeten meteen beginnen.
We moeten meteen beginnen.
Ik moet onmiddellijk vertrekken.
Ga nu!
- Maak dat je wegkomt!
- Wegwezen hier, nu!
Ik ben er binnen een minuut.
- Vergeet dat nu maar!
- Vergeet dat nu meteen!
- Vergeet dat nu!
- Vergeet dat onmiddellijk!
Kom onmiddellijk terug.
Vergeet dat nu maar.
Tom heeft meteen geantwoord.
Doe het meteen.
- Kom dadelijk naar hier.
- Kom onmiddellijk naar hier.
Schrijf hem onmiddellijk!
Schrijf hem onmiddellijk!
We werden onmiddellijk vrienden.
Je hoeft niet meteen te gaan.
Ja, ik kom dadelijk.
Moet ik onmiddellijk gaan?
- Ge moet onmiddellijk beginnen.
- Je moet meteen beginnen.
Het medicament had een onmiddellijk effect.
Hij moet onmiddellijk komen.
Ik moet onmiddellijk vertrekken.
Doe het nu onmiddellijk.
Kom onmiddellijk naar huis.
- Ik kom er onmiddellijk aan.
- Ik kom zo.
Je zou onmiddellijk moeten beginnen.
Ik ben zo terug.
Ik doe het onmiddellijk.
We moeten onmiddellijk handelen.
Hou onmiddellijk op.
Breng onmiddellijk thee!
Het medicament heeft een onmiddellijk effect.
Bel Tom onmiddellijk.
Je moet onmiddellijk ophouden!
- Laten we het meteen afmaken.
- Laten we dit snel afhandelen.
Wij moeten onmiddellijk vertrekken.
We moeten meteen beginnen.
- Je moet het niet meteen doen.
- Dat hoeft u niet meteen te doen.
Ik heb nu een helikopterextractie nodig.
Het was onmiddellijk een succes.
Ga zeker onmiddellijk naar daar.
We werden onmiddellijk vrienden.
- Ge zoudt beter dadelijk beginnen.
- Je kunt beter meteen beginnen.
Tom heeft onmiddellijke medische hulp nodig!
Hij wou onmiddellijk een antwoord.
Ze schreef me snel terug.
Je hoeft niet meteen te gaan.
Doe het liefst onmiddellijk.
Dat moet je onmiddellijk doen.
Ik breng u dadelijk het menu.
Ik kom meteen naar je toe.
Je moet het meteen doen.
Laten we meteen met ons werk beginnen.
- Dat hoeft u niet meteen te doen.
- Je hoeft het niet meteen te doen.
en natuurlijk wordt Vöggr onmiddellijk gedood.
Ze stuurden er meteen een arts heen.
Ik zal u direct de rekening brengen.
Je moet het niet meteen doen.
Ik herkende uw stem onmiddellijk.