Examples of using "Schwimmer" in a sentence and their dutch translations:
Een krachtige zwemmer.
Haaien zijn goede zwemmers.
- Ik zwem slecht.
- Ik ben een slechte zwemmer.
Ik ben geen goede zwemmer.
Ik ben geen goede zwemmer.
Ik zwem redelijk snel.
...waardoor vaak zwemmers per ongeluk verdrinken.
Het betekent ook dat ze verrassend goede zwemmers zijn.
Ik kan niet erg goed zwemmen.
Van ons allemaal was Tom veruit de beste zwemmer.
- Tom zwemt beter dan Mary.
- Tom kan beter zwemmen dan Maria.
Het heeft geen zin de zorgen te verdrinken in alcohol, want zorgen zijn goede zwemmers.