Examples of using "Hoffe" in a sentence and their dutch translations:
- Dat hoop ik.
- Ik hoop het.
Ik hoop van niet.
Ik hoop het.
- Dat hoop ik.
- Ik hoop het.
Ik hoop dat je het eens bent.
Ik hoop dat hij komt.
Ik hoop dat dit helpt.
Ik hoop dat we winnen.
Zolang er leven is, is er hoop.
- Ik hoop dat je sterft.
- Ik hoop dat je dood gaat.
Ik hoop dat ze komen.
- Ik hoop dat hij u zal bevallen.
- Ik hoop dat het u zal bevallen.
Ik hoop dat het u zal bevallen.
- Ik hoop dat je daar op voorbereid bent.
- Ik hoop dat u daar op voorbereid bent.
- Ik hoop dat jullie daarop voorbereid zijn.
- Ik hoop dat jullie kunnen komen.
- Ik hoop dat je kan komen.
Ik hoop dat ze dat zal zien.
Ik hoop dat dat niet waar is.
Ik hoop je snel te zien.
Ik hoop je gauw weer te zien.
- Ik hoop dat u spoedig terugkeert.
- Ik hoop dat je snel terugkomt.
- Ik hoop dat u gauw terugkomt.
Ik hoop dat hij op me wacht.
Ik verwacht dat je stipt bent.
Ik hoop dat hij ons zal helpen.
Zolang ik adem, hoop ik.
- Ik hoop dat ik u niet onderbreek.
- Ik hoop dat ik je niet onderbreek.
- Ik hoop dat ik je niet stoor.
Ik hoop dat Tom gelijk heeft.
Ik hoop dat Tom wint.
Ik hoop dat Tom akkoord gaat.
Ik hoop dat je het eens bent.
Dat hoop ik van harte.
Ik hoop dat hij op me wacht.
- Ik hoop dat het u goed gaat.
- Ik hoop dat het je goed gaat.
- Ik hoop dat we dat kunnen oplossen.
- Ik hoop dat we dat kunnen rechtzetten.
- Ik hoop dat we dat kunnen regelen.
Ik hoop dat het je goed gaat.
- Ik hoop dat ge vlug weer geneest.
- Ik hoop dat u een spoedig herstel heeft.
- Ik hoop dat je vlug beter wordt.
Ik hoop dat je vlug beter wordt.
Ik hoop dat ik u niet gewekt heb.
Ik hoop dat je me wilt volgen,
Ik hoop je snel te zien.
"Zal het regenen?" "Ik hoop van niet."
Ik hoop je volgend jaar weer te zien.
Ik hoop dat hij geen ongeluk heeft gehad.
Ik hoop ooit Egypte te kunnen bezoeken.
- Ik hoop dat je gelijk hebt.
- Hopelijk heeft u gelijk.
Ik hoop dat ons team wint.
Ik hoop dat ik het kan doen.
Ik hoop dat John komt.
Ik hoop je snel te zien.
- Ik hoop dat ik je niet stoor.
- Ik hoop dat ik u niet stoor.
Ik hoop dat we een witte kerst hebben.
Ik hoop dat zij me helpt.
Ik hoop dat hij op me wacht.
Ik hoop dat je snel terugkomt.
Ik hoop dat ze mij zal helpen.
Ik hoop dat ik hier geen spijt van krijg.
Ik hoop dat het je goed gaat.
Ik hoop dat je kan komen.
Ik hoop dat u kan komen.
Ik hoop dat jullie kunnen komen.
Ik hoop dat het goed gaat.
Ik hoop dat ge vlug weer geneest.
Ik hoop volgende keer beter te zingen.
Ik hoop dat het touw lang genoeg is.
Ik hoop dat we dat wrak snel vinden.
Ik hoop dat de nevel spoedig zal opklaren.
Ik hoop dat je een goede reis had.
Ik wou dat het ophield met regenen.
Ik hoop dat je nooit een communist wordt.
Ik hoop dat hij op me wacht.
Ik hoop haar te zien.
Ik hoop dat dat niet waar is.
Ik hoop dat je naar mijn verjaardagsfeestje zal komen.