Examples of using "Fange" in a sentence and their dutch translations:
Ik ga beginnen.
Ik vind het leuk om vliegen te vangen.
Ik start morgen.
Wanneer begin ik?
- Ik begin deze namiddag.
- Ik begin vanmiddag.
Ik begin pas.
Ik begin deze namiddag.
Ik ga niet weg. Ik kom net aan.
'Ik ga niet weg. Ik kom net aan.'
Morgen begin ik met het dieet.
De herinneringen beginnen naar boven te komen.
- Ik start morgen.
- Ik begin morgen.
Ik denk dat ik met een flesje bier begin.
Vang Tom.
Ik heb het liedje te laag gespeeld. Ik begin opnieuw twee noten hoger.