Examples of using "Souliers" in a sentence and their dutch translations:
Ik hou van jullie schoenen.
Mary's schoenen zijn vies.
- Doe uw schoenen uit.
- Doe je schoenen uit.
Deze schoenen zijn gemaakt in Italië.
Ik kreeg een paar nieuwe schoenen.
- Je schoenen zijn hier.
- Uw schoenen zijn hier.
- Jullie schoenen zijn hier.
Ga niet met schoenen in deze moskee.
Ik heb sokken, maar ik heb geen schoenen.
Deze schoenen zijn van haar.
- Doe uw schoenen uit.
- Doe je schoenen uit.
Ik trok mijn schoenen uit en plaatste ze onder het bed.
Waar heb je die vreemde schoenen vandaan?
Ik trok mijn schoenen uit en plaatste ze onder het bed.