Translation of "Diagnostic" in Dutch

Au moment de mon diagnostic,

toen ik mijn diagnose kreeg,

Du fait d'un mauvais diagnostic.

doordat er in de eerste plaats een verkeerde diagnose werd gesteld.

Le médecin a fait le bon diagnostic.

De arts heeft de juiste diagnose gemaakt.

à redevenir la personne que j'étais avant le diagnostic,

dat ik weer dezelfde persoon zou worden die ik vóór de diagnose was,

Par la suite, j'ai reçu le diagnostic de syndrome d'Asperger,

Later stelde men vast dat ik syndroom van Asperger had,

On a posé à mon oncle le diagnostic de leucémie.

Mijn oom is gediagnosticeerd met leukemia.