Examples of using "Soup" in a sentence and their dutch translations:
Roer de soep.
Ik eet soep.
Dit is soep.
Bedankt voor de soep!
Deze soep smaakt lekker.
We aten aardappelsoep.
Hij ruikt de soep.
- Je eet je soep.
- Jullie eten jullie soep.
- U eet uw soep.
De soep is bevroren.
Dit is aspergesoep.
Wil je wat soep?
Wat is de soep van de dag?
Ik hou ervan om hete soep te eten.
Hoe heb je deze soep gemaakt?
De soep is te heet.
- Ik hou ervan om hete soep te eten.
- Ik eet graag hete soep.
Deze soep is te pittig.
Ik zit in de puree.
Deze soep is te zout.
We aten wat schildpadsoep.
De soep is te zout.
De eerste gang is soep.
De soep heeft meer knoflook nodig.
De soep smaak naar look.
Willen jullie een beetje soep?
Ik vond de soep echt lekker.
Hij maakt een hartige soep.
Hou je van bonensoep?
Koolsoep en bietensoep zijn traditioneel voedsel in zowel Rusland als Oost-Europa.
Tom heeft vanmorgen groentesoep gegeten.
Ze heeft gisteravond groentesoep gemaakt.
- Ik hou ervan om hete soep te eten.
- Ik eet graag hete soep.
Wij eten soep met een lepel.
Ik werkelijkheid was de soep te zout.
Ik zou graag een warme soep eten.
Hoe heb je deze soep gemaakt?
Er zit een haar in mijn soep.
Ik hou van dikke, romige champignonsoep.
- Slurp niet!
- Niet slurpen!
Niet smakken bij het eten van je soep.
Vraag haar hoeveel soep ze wil.
- Eet je soep voor hij koud wordt.
- Eet je soep voor ze koud wordt.
De soep is koud.
Deze soep is te zout.
Tom roerde de soep met een lepel.
Ik heb de soep en jouw afrekening.
Deze soep is te zout om te eten.
Ze maakte kippensoep voor hem.
De soep in de kom was heel lekker.
Deze miso soep is te heet om te drinken.
Deze soep heeft een vleugje zout nodig.
De soep is heet.