Translation of "Smiles" in Dutch

Tom never smiles.

Tom lacht nooit.

She always smiles.

Ze glimlacht altijd.

Nancy seldom smiles.

Nancy glimlacht zelden.

Tom often smiles.

Tom glimlacht vaak.

She always smiles at me.

Ze glimlacht altijd naar mij.

- He was all smiles.
- He looked happy.

Hij zag er gelukkig uit.

- She is always smiling.
- She always smiles.

Ze glimlacht altijd.

The objective is to have smiles on the faces of the children, to be happy.

Het doel is om een ​​glimlach op de gezichten van de kinderen te toveren, om gelukkig te zijn.

Happy chocolate that, after having run around the world through the smiles of women, finds death in a tasty and melting kiss in their mouth.

Gelukkige chocolade die, na de wereld te hebben doorkruist doorheen de glimlach van de vrouwen, de dood vond in een heerlijke en smeltende kus van hun mond.