Translation of "Seldom" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Seldom" in a sentence and their dutch translations:

Nancy seldom smiles.

Nancy glimlacht zelden.

Tom seldom laughs.

Tom lacht zelden.

- We seldom have snow here.
- We seldom get snow here.

Hier valt zelden sneeuw.

My father seldom smokes.

Mijn vader rookt zelden.

Tom seldom drinks coffee.

Tom drinkt zelden koffie.

She seldom goes out.

Ze gaat zelden uit.

I seldom see her.

Ik zie haar zelden.

He seldom went there.

Hij ging daar zelden heen.

Hasty marriage seldom succeeds.

Een snel huwelijk is zelden geslaagd.

Barking dogs seldom bite.

- Blaffende honden bijten niet.
- Niet elke hond die blaft is een hond die bijt.

I seldom drink coffee.

Ik drink zelden koffie.

I seldom drink beer.

Ik drink zelden bier.

I seldom eat beans.

Ik eet zelden bonen.

Tom seldom says no.

Tom zegt zelden nee.

We seldom have snow here.

Hier valt zelden sneeuw.

She seldom uses nail polish.

Ze gebruikt maar zelden nagellak.

Tom seldom goes to concerts.

Tom gaat zelden naar concerten.

Tom seldom eats Italian food.

Tom eet zelden Italiaans eten.

I seldom hear from him.

Ik hoor zelden van hem.

He seldom goes to church.

Hij gaat zelden naar de kerk.

He seldom orders anything new.

Hij bestelt zelden iets nieuws.

I seldom use a handkerchief.

Ik gebruik zelden een zakdoek.

Tom and I seldom disagree.

Tom en ik zijn het zelden met elkaar eens.

He seldom talks about himself.

Hij spreekt zelden over zichzelf.

She seldom gives way to tears.

Zij jankt zelden.

He seldom gives his wife presents.

- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeautjes.
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeaus.

Tom is seldom late for school.

Tom is zelden laat voor school.

He seldom writes to his father.

Hij schrijft zelden naar zijn vader.

Tom seldom eats with his family.

Tom eet zelden met zijn familie.

He seldom writes to his parents.

Hij schrijft zelden naar zijn ouders.

Tom seldom wears his black shirt.

Tom draagt zelden zijn zwart hemd.

- Tom seldom laughs.
- Tom rarely laughs.

Tom lacht zelden.

The Italians seldom talk about politics.

Italianen praten zelden over politiek.

- I seldom cry.
- I rarely cry.

Ik huil zelden.

- He seldom, if ever, goes to the movies.
- He seldom, if ever, goes to the cinema.

Hij gaat praktisch nooit naar de bioscoop.

Seldom seen, and never before filmed underwater.

Zelden gezien en nog nooit eerder onderwater gefilmd.

My mother seldom watches TV at night.

- Mijn moeder kijkt 's avonds zelden naar de televisie.
- Mijn moeder kijkt 's avonds zelden tv.

Tom seldom puts sugar in his coffee.

Tom doet bijna nooit suiker in zijn koffie.

Tom seldom, if ever, complains about anything.

Tom klaagt bijna nergens over.

Tom seldom, if ever, eats meat anymore.

Tom eet praktisch geen vlees meer.

Tom seldom, if ever, goes to church.

Tom gaat vrijwel nooit naar de kerk.

In some countries, children seldom ride tricycles.

In sommige landen rijden kinderen zelden op driewielers.

- She seldom goes out.
- She rarely goes out.

Ze gaat zelden uit.

- He seldom went there.
- He rarely went there.

Hij ging daar zelden heen.

- Tom is seldom late.
- Tom is rarely late.

Tom is zelden laat.

She seldom, if ever, goes out after dark.

- Ze verlaat praktisch nooit het huis als het donker is.
- Ze verlaat bijna nooit het huis na het invallen van het duister.

- Tom seldom drinks coffee.
- Tom rarely drinks coffee.

Tom drinkt zelden koffie.

Idiomatic expressions can seldom be translated word for word.

Idiomatische uitdrukkingen kunnen zelden letterlijk worden vertaald.

- He seldom talks about himself.
- He rarely talks about himself.

Hij spreekt zelden over zichzelf.

- He rarely stays home on Sunday.
- He seldom stays home on Sundays.

Hij blijft zelden thuis op zondag.

Living as he did in the remote countryside, he seldom came into town.

Levend op het platteland, zoals hij dat deed, kwam hij zelden in de stad.

- Barking dogs seldom bite.
- Dogs that bark don't bite.
- Barking dogs don't bite.

Blaffende honden bijten niet.

- Rarely do I listen to the radio.
- I rarely listen to the radio.
- I seldom listen to the radio.

Ik luister zelden naar de radio.

- Rarely do I listen to the radio.
- I rarely listen to the radio.
- I seldom listen to the radio.
- I almost never listen to the radio.

Ik luister zelden naar de radio.