Translation of "Sit" in Dutch

0.011 sec.

Examples of using "Sit" in a sentence and their dutch translations:

- Sit.
- Sit!

Zit!

- Sit down!
- Sit down.

- Gaat u zitten.
- Zet u.

- Sit there.
- Sit right there.

Ga daar zitten.

Sit erect and sit still.

Zit rechtop en zit stil.

- Sit down!
- Sit down.
- Be seated.
- Sit up.
- Seat yourself.

Ga even zitten.

- Sit down!
- Take a seat.
- Sit!

Zit!

- Sit down, please.
- Please sit down.

Ga zitten, alsjeblieft.

Sit still.

Zit stil.

Sit here.

- Zit hier.
- Ga hier zitten.

Sit there.

Ga daar zitten.

Please sit.

Gaat u zitten.

Ah, sit!

Ah, zitten!

- Sit up straight.
- Sit up straight in your chair.
- Sit up with your back straight.
- Sit up straight!

Zit recht!

- Sit down.
- Take a seat.
- Sit.
- Seat yourself.

Ga even zitten.

- May I sit here?
- Can I sit here?

- Kan ik hier zitten?
- Mag ik hier zitten?

Sit beside me.

Kom naast me zitten.

Sit near here.

Ga hier in de buurt zitten.

No, sit down.

Nee, ga zitten.

Sit down, Kate.

- Ga zitten, Kate.
- Zet je neer, Kate.

Could we sit?

- Kunnen we gaan zitten?
- Mogen we zitten?

Sit right there.

- Ga daar zitten.
- Zit daar.

Sit up straight.

Zit recht!

Please sit here.

- Ga alsjeblieft hier zitten.
- Ga alstublieft hier zitten.

You may sit.

- U kan gaan zitten.
- Jullie kunnen gaan zitten.

- Sit wherever you like.
- Sit down anywhere you want.

Gaat u maar zitten waar u maar wilt.

Sit at the table.

Neem plaats aan tafel.

Sit down with me.

Kom even bij me zitten.

Can I sit here?

Kan ik hier zitten?

Can I sit there?

Kan ik daar zitten?

We must sit down.

We moeten gaan zitten.

Sit wherever you like.

Ga zitten waar je wilt.

I'll sit over there.

Ik ga daar zitten.

May I sit here?

Mag ik hier zitten?

We should sit down.

We zouden moeten gaan zitten.

Sit wherever you want.

Gaat u maar zitten waar u maar wilt.

Come sit with us.

Kom bij ons zitten.

Where can I sit?

- Waar mag ik zitten?
- Waar kan ik zitten?

Tom can sit here.

Tom kan hier zitten.

He's doing sit-ups.

Hij doet sit-ups.

- Let's sit down on the bench.
- Let's sit on the bench.

Laten we op de bank zitten.

- Please sit down on this chair.
- Sit in that chair, please.

Zet u op deze stoel a.u.b.

- Sit down!
- Sit down.
- Have a seat.
- Take a seat.
- Be seated.

Ga zitten.

- Where would you like to sit?
- Where do you want to sit?

- Waar wil je zitten?
- Waar willen jullie zitten?
- Waar wilt u zitten?

If you want to sit down, then go ahead and sit down.

Als je wilt zitten, ga je gang en ga zitten.

Shut up and sit down.

Zwijg en ga zitten!

- Sit down!
- Take a seat.

Ga zitten!

You can sit with me.

Je kan bij mij zitten.

You can't sit with me.

- Je kan niet bij mij zitten.
- Je mag niet bij mij zitten.

Sit down on the bench.

Zet u op de bank.

- Sit down, please.
- Please have a seat.
- Please sit down.
- Take a seat, please.

Ga zitten alstublieft.

- Is it OK if I sit here?
- Is it okay if I sit here?

Is het goed als ik hier zit?

- May I sit here?
- Is it OK if I sit here?
- Can I sit here?
- Would it be OK if I sat here?

- Kan ik hier zitten?
- Mag ik hier zitten?
- Is het goed als ik hier zit?

Didn't that feel good?! Sit down!

Heerlijk, toch? Zitten!

Do you want to sit down?

Willen jullie gaan zitten?

Please sit down on this chair.

Ga op die stoel zitten, alsjeblieft.

- Sit tight.
- Stay seated.
- Remain seated.

Blijf zitten.

Could I sit on the aisle?

Zou ik aan het gangpad kunnen zitten?

Come here, little girl, sit down!

Kom hier, meisje, ga zitten!

Don't just sit there, do something!

Zit daar niet te zitten, doe iets!

You can sit in my chair.

Je kunt op mijn stoel zitten.

Won't you sit on my knee?

- Kom je bij me op schoot zitten?
- Wil je niet op mijn knie zitten?

Where would you like to sit?

Waar zou u willen zitten?

Everybody wants to sit beside her.

Iedereen wil naast haar zitten.

Don't sit down on the sofa.

Ga niet op de bank zitten.

I don't like to sit outside.

Ik zit niet graag buiten.

He ordered the dog to sit.

Hij beval de hond te gaan zitten.

You can sit next to me.

- Je kan naast me zitten.
- Je mag naast me zitten.

Let's sit here on the grass.

Laten we hier op het gras gaan zitten.