Examples of using "Send" in a sentence and their dutch translations:
Stuur mij naar daar.
- Stuur het door!
- Stuur hem door!
Stuur hem naar boven.
- Stuur het door!
- Stuur haar door!
Stuur me de rekening.
Stuur me de rekening.
Doe haar de groeten van me.
Stuur het naar me op.
Stuur mij een postkaart.
- Stuur ze naar mij.
- Stuur ze naar mij toe.
- Stuur ze naar me toe.
- Bel alstublieft een ziekenwagen.
- Belt u alstublieft een ziekenwagen.
- Ik wil een telegram versturen.
- Ik wil een telegram verzenden.
Gelieve ons meer informatie te zenden.
Verstuur dit per exprespost.
Waar hebt ge Tom naartoe gestuurd?
Stuur mij een brief alstublieft.
Stuur me alstublieft een terugbetaling.
- Ik zal je een berichtje zenden.
- Ik zend je een berichtje.
Stuur me de rekening.
- Ik zal een brief naar je sturen.
- Ik stuur je wel een brief.
Tom klikte op de knop "verzenden".
- Stuur het me nu.
- Stuur het nu naar mij.
Ik stuur het boek met de post.
Zelfs mijn oma kan een sms'je versturen.
Ze heeft me geen brief gestuurd
Kun je dat per e-mail sturen?
Stuur mij een foto van jezelf.
Vergeet niet de brief op de post te doen.
Ik wil een telegram versturen.
Ik stuur het boek met de post.
God, gelieve ons zon te sturen!
We kunnen je daar niet heen sturen.
Stuur me de factuur naar huis op, alstublieft.
- Kan je me een screenshot sturen?
- Kan je me een schermafbeelding sturen?
We moeten mensen naar Mars sturen.
- Ik zal jullie groetjes via de radio sturen.
- Ik zal je groetjes via de radio sturen.
Zou je deze brief voor me op de post kunnen doen?
Ik heb hem gevraagd ons het boek op te sturen.
Ik heb ze gezegd dat ze me een nieuw ticket moeten opsturen.
Kan u deze brief naar Japan versturen?
- Ik schrijf brieven die ik nooit verzend.
- Ik schrijf brieven die ik nooit opstuur.
Zend ons wat je wilt vertalen.
Wil je een bericht verzenden?
Kan u het aan dit adres zenden?
Kan u deze brief naar Japan versturen?
Kun je dat per e-mail sturen?
Zelfs mijn oma kan een sms'je versturen.
- Je kunt niet iedereen kerstkaarten sturen.
- U kunt niet iedereen kerstkaarten sturen.
- Jullie kunnen niet iedereen kerstkaarten sturen.
- Hoeveel kerstkaarten heb je verzonden?
- Hoeveel kerstkaarten heb je verstuurd?
- Hoeveel kerstkaartjes heb je verzonden?
- Hoeveel kerstkaartjes heb je verstuurd?
- Hoeveel kerstkaartjes heeft u verzonden?
- Hoeveel kerstkaartjes heeft u verstuurd?
- Hoeveel kerstkaarten heeft u verzonden?
- Hoeveel kerstkaarten heeft u verstuurd?
- Hoeveel kerstkaarten hebben jullie verzonden?
- Hoeveel kerstkaarten hebben jullie verstuurd?
- Hoeveel kerstkaartjes hebben jullie verzonden?
- Hoeveel kerstkaartjes hebben jullie verstuurd?
Ik moet deze papieren vannacht sturen.
Wie wil mij een bericht sturen?
Vergeet deze brief niet te versturen.
We zullen binnenkort in staat zijn om jou in de gevangenis te plaatsen.
Kon ik bloemen sturen? Wilde hij bezoek?
en mijn broers, zussen en mij naar school sturen.
'32 memes die je onmiddellijk naar je zus zou moeten sturen.'
Stuur dit boek op per post, alstublieft.
Stuur mij een postkaart.
We zouden Jordan naar het ziekenhuis moeten sturen.
Ik heb ze gezegd dat ze me nog een ticket moeten opsturen.
Stuur het pakket voor mij maar naar dit adres.