Examples of using "Ringing" in a sentence and their dutch translations:
- De telefoon rinkelt.
- Er wordt gebeld.
De klok luidt.
De telefoon bleef rinkelen.
De telefoon rinkelt.
De deurbel gaat.
Je telefoon rinkelt, Tom.
De telefoon gaat over.
De kerkklokken luiden.
De wekker loopt af.
Alle telefoons gingen.
Tom, je telefoon gaat.
"De telefoon gaat over." "Ik zal hem wel opnemen."
- Heb je oorsuizingen?
- Hebt u oorsuizingen?
De telefoon rinkelt.
Steek de sporen niet over wanneer het alarm afgaat.
Ik hoorde de telefoon rinkelen.
We konden het klokgelui van een nabijgelegen kerk horen.
Ik had nog niet opgehangen of de telefoon ging alweer over.
Bedankt voor het bellen.
Ik was met mijn kinderen in de dierentuin en mijn telefoon bleef maar gaan.
We konden het klokgelui van een nabijgelegen kerk horen.
Ik reis zoveel om iets over te brengen... ...wat belangrijk zal zijn in de toekomst.