Examples of using "Retired" in a sentence and their dutch translations:
Tom is met pensioen.
Tom ging met pensioen.
- Ik ben met pensioen.
- Ik ben gepensioneerd.
Sami is met pensioen.
We zijn met pensioen.
Ik ben ook met pensioen.
Wij zijn allen met pensioen.
- Ben je met pensioen?
- Bent u met pensioen?
- Zijn jullie met pensioen?
- Ik ging vorig jaar met pensioen.
- Ik ben vorig jaar met pensioen gegaan.
Tom is een gepensioneerde tandarts.
Tom is een gepensioneerde leraar.
Ik denk dat Tom intussen met pensioen is.
- Opa is met pensioen gegaan omdat hij oud aan het worden is.
- Grootvader is met pensioen gegaan omdat hij oud wordt.
Mijn vader is met pensioen gegaan toen hij 65 jaar was.
Hij ging met pensioen op 71-jarige leeftijd.
Tom is een gepensioneerde tandarts, toch?
Maria is een gepensioneerde tandarts, toch?
- Grootvader is op pensioen gegaan, want hij wordt oud.
- Opa is met pensioen gegaan omdat hij oud aan het worden is.
Mijn vader ging op 65-jarige leeftijd met pensioen.
De gepensioneerde rechter bezocht vroeger regelmatig prostituees.
Maria ging met pensioen toen ze 65 jaar oud was.
Hij ging met pensioen wegens het verlies van zijn gezondheid.
Hij is met pensioen, maar hij is nog steeds een echte leider.
Tom en Maria zijn beiden met pensioen gegaan toen zij 65 jaar werden.
Ik vroeg het aan een voormalig professor van me die met pensioen was --
Cecile was gepensioneerd, maar ze vond een nieuw levensdoel
Tom en Maria zijn beiden met pensioen gegaan toen zij 65 jaar werden.
Na de tweede restauratie van de Bourbon werd Suchet ontslagen en trok zich terug op zijn