Translation of "Forward" in Dutch

0.009 sec.

Examples of using "Forward" in a sentence and their dutch translations:

Forward!

- Ga!
- Vooruit!
- Go!
- Voorwaarts!

Step forward.

Stap naar voren.

Come forward.

Kom naar voren.

- Forward!
- Move!

- Ga!
- Vooruit!
- Voorwaarts!

Face forward.

Kijk naar voren.

They crept forward.

- Ze zijn naar voren gekropen.
- Ze kropen naar voren.

Look forward, please.

Kijk voor je, alsjeblieft.

He bent forward.

Hij boog naar voren.

Tom leaned forward.

- Tom boog zich voorover.
- Tom leunde naar voren.

Girl, come forward!

Meisjes, kom naar voren!

- I'm looking forward to it.
- I'm looking forward to that.
- I look forward to that.

Ik kijk ernaar uit.

- I'm looking forward to it.
- I look forward to it.

Ik kijk ernaar uit.

Okay, keep moving forward.

We gaan verder.

Let's keep moving forward.

Laten we verder lopen.

- Go!
- Walk!
- Move.
- Forward!

- Ga!
- Vooruit!
- Go!
- Voorwaarts!

- I'm looking forward to it.
- I am looking forward to it.

Ik kijk ernaar uit.

- I look forward to my birthday.
- I'm looking forward to my birthday.

Ik verheug me op mijn verjaardag.

- I'm looking forward to the summer vacation.
- I'm looking forward to summer vacation.
- I'm looking forward to the summer break.

Ik kijk uit naar de zomervakantie.

He took a step forward.

Hij zette een stap vooruit.

- Come on!
- Go ahead!
- Forward!

- Allez!
- Laten we gaan!
- Ga!
- Vooruit!
- Voorwaarts!

Tom leaned forward to listen.

Tom leunde voorover om te luisteren.

I'm looking forward to tomorrow.

Ik kijk uit naar morgen.

I look forward to it.

Ik kijk ernaar uit.

I'm looking forward to Christmas.

Ik kijk uit naar Kerstmis.

I'm looking forward to it.

Ik kijk ernaar uit.

- I am looking forward to seeing you.
- I look forward to meeting you.

Ik kijk ernaar uit om je te ontmoeten.

And its opponents came forward with ...

en kwamen de tegenstanders naar voren met ...

So what's our best path forward?

Wat is de beste manier om verder te komen?

He is looking forward to it.

Hij verheugt zich erop.

I look forward to my birthday.

Ik verheug me op mijn verjaardag.

- Step on it!
- Hurry up!
- Forward!

Schiet op!

I'm looking forward to my birthday.

Ik verheug me op mijn verjaardag.

- Look forward, please.
- Eyes front, please.

Kijk voor je, alsjeblieft.

I'm looking forward to seeing you.

Ik kijk ernaaruit u te zien.

Tom is looking forward to Christmas.

Tom kijkt uit naar Kerstmis.

I am looking forward to Christmas.

Ik kijk uit naar Kerstmis.

I'm looking forward to my retirement.

Ik kijk uit naar mijn pensioen.

I don't look forward to it.

Ik kijk er niet naar uit.

- I am looking forward to the summer vacation.
- I'm looking forward to the summer vacation.

Ik kijk uit naar de zomervakantie.

I look forward to the summer vacation.

Ik kijk uit naar de zomervakantie.

He is looking forward to seeing you.

Hij verheugt er zich op u te zien.

I'm looking forward to getting your letter.

Ik kijk ernaar uit om je brief te krijgen.

Please forward my mail to this address.

Stuur mijn post alstublieft door naar dit adres.

Tom is looking forward to meeting you.

Tom kijkt ernaar uit je te ontmoeten.

I'm really looking forward to meeting Tom.

Ik kijk er echt naar uit om Tom te leren kennen.

My daughter is looking forward to Christmas.

Mijn dochter kijkt uit naar Kerstmis.

I've been looking forward to meeting you.

Ik kijk ernaar uit u te ontmoeten.

I've been looking forward to your arrival.

Ik heb blij uitgekeken naar uw komst.

I look forward to seeing you again.

- Ik kan niet wachten om je weer te zien.
- Ik kijk ernaar uit u weer te zien.

We are looking forward to the holidays.

We kijken uit naar de vakantie.

Tom had been looking forward to Christmas.

Tom had uitgekeken naar Kerstmis.

Tom has been looking forward to Christmas.

Tom heeft uitgekeken naar Kerstmis.

And the second is, always keep moving forward. Positively moving forward, even when you don't feel like it.

En het tweede is, blijf altijd doorlopen. Positief doorlopen, ook al heb je er geen zin in.

And it's cute and rolls forward, that's it.

Hij is schattig en rolt vooruit, dat is het.

- Come on!
- Go ahead.
- Go!
- Walk.
- Forward!
- Move!

- Allez!
- Vooruit!
- Go!
- Voorwaarts!

Tom was looking forward to seeing Mary again.

Tom keek ernaar uit om Mary weer te zien.

I must put my watch forward two minutes.

Ik moet mijn horloge twee minuten vooruit zetten.

I look forward to speaking with you again.

Ik kijk ernaar uit om weer met u te praten.

I'm looking forward to seeing you this April.

Ik kijk ernaar uit je in april te zien.

- Come on!
- Go!
- Walk.
- Move on!
- Forward!
- Move!

Vooruit!

I'm not looking forward to Christmas this year.

Ik kijk niet uit naar Kerstmis dit jaar.

I look forward to seeing you at Christmas.

- Ik kijk ernaar uit om je met Kerstmis te zien.
- Ik kijk ernaar uit om u met Kerstmis te zien.
- Ik kijk ernaar uit om jullie met Kerstmis te zien.

- Go ahead.
- Go ahead!
- Go!
- Walk!
- Move.
- Forward!

- Ga!
- Vooruit!
- Ga weg.
- Ga maar.
- Nu!
- Go!
- Voorwaarts!

I look forward to doing that with you.

Ik kijk ernaar uit om dat met jou te doen.

- We are looking forward to seeing you and your family.
- We're looking forward to seeing you and your family.

We kijken ernaar uit om jou en je familie te zien.

- Tom said he was looking forward to doing that.
- Tom said that he was looking forward to doing that.

Tom zei dat hij ernaar uitkeek om dat te doen.

And as we moved forward, her excitement only grew,

Toen we verder naar voren gingen, raakte ze nog enthousiaster.

Keep that context in mind as we push forward.

Hou dat even in het achterhoofd bij de rest van mijn verhaal.

And the first step to finding your way forward

En de eerste stap op onze weg vooruit

I'm looking forward to watching the movie with her.

Ik kijk ernaar uit de film met haar te kijken.

If you are not going forward, you're going backward.

Wie niet vooruit gaat, gaat achteruit.

I am looking forward to seeing you next Sunday.

Ik kijk ernaar uit jou komende zondag te zien.

I'm looking forward to getting to know you better.

Ik kijk ernaar uit je beter te leren kennen.

I'm looking forward to being in Australia for Christmas.

Ik kijk er naar uit om met Kerstmis in Australiƫ te zijn.

- Go!
- Get moving.
- Go.
- Walk!
- Get going.
- Move.
- Forward!

- Ga!
- Vooruit!
- Go!