Translation of "Aandoen" in Turkish

0.008 sec.

Examples of using "Aandoen" in a sentence and their turkish translations:

Kan je het licht aandoen?

Işığı açabilir misin?

Wil je het licht aandoen?

- Işığı açar mısın?
- Lambayı yakar mısın?

Je kunt maar beter handschoenen aandoen.

Bunun için eldiven takmalısınız.

Ik wil niemand nog problemen aandoen.

Kimseyi daha fazla sıkıntıya sokmak istemiyorum.

Waarom zouden wij je iets aandoen?

Neden seni incitmeliyim?

Waarom zouden ze me dit aandoen?

Onlar neden bunu bana yaparlardı?

Ik ga een ander hemd aandoen.

Gömleğimi değiştireceğim.

Dat kunt ge ons niet aandoen.

Bunu bize yapamazsın.

Dat kun je haar niet aandoen!

Bunu ona yapamazsın!

Dat kun je ons niet aandoen!

Bize bunu yapamazsın!

Wil je de buitenlamp even aandoen?

Dışarının lambasını yakar mısın?

Welk T-shirt zal ik aandoen?

Hangi tişörtü giyeyim?

Hoe durft ge hem dat aandoen!

Ne cüretle onu ona yaparsın?

Hoe durft ge haar dat aandoen!

Ne cüretle onu ona yaparsın?

Tom kon zijn sokken niet aandoen.

Tom çoraplarını giyemedi.

Willen jullie je schoenen aandoen, we gaan!

Ayakkabılarınızı giyer misiniz, gidiyoruz!

Die schande kun je me niet aandoen!

O şerefsizliği bana yapamazsın!

Het is echt ongelofelijk wat mensen neushoorns aandoen.

İnsanların gergedanlara yaşattığı şeyler artık inanılır boyutta değil.

Het is koud buiten, je moet een jas aandoen.

Dışarısı soğuk, bir ceket giymelisin.

- Ik doe het licht aan.
- Ik zal het licht aandoen.

Işıkları açacağım.

Als je niet ziek wilt worden, moet je je trui aandoen.

Hastalanmak istemiyorsan, kazağını giymelisin.

- Wil je het licht even aandoen?
- Doe je het licht even aan?

Işığı açar mısın?

Ik heb nooit gedacht dat je mij dat zou willen of kunnen aandoen.

Bana bunu yapacağını, ya da yapabileceğini hiç düşünmemiştim.

En knorrend, maar wat het betekent is 'mijn zoons zullen komen, en wat ze je aandoen

ve oink var, ama bunun anlamı 'oğullarım gelecek ve size yaptıkları

- Wat zal ik aantrekken: een broek of een rok?
- Wat zou ik aandoen: een broek of een rok?

Ne giyeceğim: pantolon mu? yoksa etek mi?