Translation of "Zoet" in German

- Chocola smaakt zoet.
- Chocola is zoet.

Schokolade schmeckt süß.

- De koek smaakt zoet.
- De cake smaakt zoet.

- Der Kuchen schmeckt süß.
- Diese Torte besitzt einen so süßen Geschmack.

- De vrucht is zoet.
- Het fruit smaakt zoet.

Die Frucht schmeckt süß.

Lelies ruiken zoet.

Lilien duften süß.

Rozen ruiken zoet.

Rosen duften süß.

Het smaakte zoet.

- Es schmeckte süß.
- Es hatte einen süßen Geschmack.

Wraak is zoet.

Rache ist süß.

Suiker is zoet.

Zucker ist süß.

Niet erg zoet.

Nicht sehr süß.

Perziken smaken zoet.

Pfirsiche schmecken süß.

Chocola smaakt zoet.

Schokolade schmeckt süß.

Het smaakt zoet.

Es schmeckt süß.

De appel smaakt zoet.

Der Apfel schmeckt süß.

Sommige broden zijn zoet.

Einige Brote sind süß.

De banaan is zoet.

Die Banane ist süß.

Dat is heel zoet.

Das ist sehr süß.

Deze appel is zoet.

Dieser Apfel ist süß.

De koek smaakt zoet.

Der Kuchen schmeckt süß.

Die appel is zoet.

Dieser Apfel ist süß.

Is het zoet of zuur?

Schmeckt es süß oder sauer?

De kaastaart smaakte te zoet.

- Der Käsekuchen hat zu süß geschmeckt.
- Der Käsekuchen schmeckte zu süß.

Deze thee is te zoet.

Dieser Tee ist zu süß.

De koek is te zoet.

Dieser Kuchen schmeckt zu süß.

Smaakt het zoet of zuur?

Schmeckt es süß oder sauer?

Deze cake is erg zoet.

Dieser Kuchen ist sehr süß.

Maar het is niet alleen zoet.

Doch der ist nicht nur süß...

Mooie bloemen ruiken niet noodzakelijk zoet.

Hübsche Blumen duften nicht unbedingt süß.

Tom eet alleen maar zoet fruit.

Tom isst nur süßes Obst.

Maar de koffie is niet zoet.

Aber der Kaffee ist nicht süß.

We moeten zoet water naar Mongolië brengen...

und die Mongolei

Het gerecht is te zoet voor Tom.

Das Gericht ist zu süß für Tom.

De appels zijn dit jaar bijzonder zoet.

Die Äpfel sind in diesem Jahr besonders süß.

- Goedenacht. Droom maar lekker.
- Slaapwel. Droom zoet.

- Gute Nacht. Träum was Schönes.
- Schlaf gut! Träum was Schönes!

Deze taart is te zoet voor mij.

Dieser Kuchen schmeckt mir zu süß.

Hij houdt van alles wat zoet is.

Er mag alles, was süß ist.

Zout water heeft meer drijfvermogen dan zoet water.

Salzwasser trägt besser als Süßwasser.

Deze thee is niet zoet genoeg voor mij.

Dieser Tee ist mir nicht süß genug.

Ik wil graag iets eten dat niet zoet is.

Ich habe Appetit auf etwas nicht Süßes.

- Honger maakt rauwe bonen zoet.
- Honger is de beste saus.

- Hunger ist der beste Koch.
- Hunger ist die beste Sauce.

- Honger maakt rauwe bonen zoet.
- Honger is de beste kok.

- Hunger ist der beste Koch.
- Für Hunger gibt's kein hartes Brot.

Ze proefde van de cake om te zien of hij zoet genoeg was.

Sie probierte den Kuchen, um zu sehen, ob er süß genug sei.

- Tom drinkt zijn koffie met veel suiker.
- Tom drinkt zijn koffie heel zoet.

Tom trinkt seinen Kaffee sehr süß.

Zwaar, heel zwaar valt het zaaien, maar zoet en gezegend zullen de vruchten zijn. Groot en belangrijk is uw rol. De hele Esperantowereld kijkt naar u en verwacht veel van u.

Schwierig, sehr schwierig ist die Aussaat, doch süß und gesegnet werden die Früchte sein. Groß und bedeutsam ist eure Rolle. Die gesamte esperantistische Welt schaut auf euch und erhofft viel von euch.