Translation of "Veranderen" in English

0.008 sec.

Examples of using "Veranderen" in a sentence and their english translations:

Tijden veranderen.

- Times change.
- Times are changing.

Mensen veranderen.

People change.

De tijden veranderen en wij veranderen met hen.

Times are changing, and we are changing with them.

We moeten veranderen.

We have to change.

Een proces veranderen

change a process

Kunnen mensen veranderen?

Can people change?

De dingen veranderen.

Things change.

Ze veranderen alles.

They change everything.

Nooit iets veranderen!

Never change anything!

Dat moet veranderen.

That needs to change.

Ik kan veranderen.

I can change.

Zal Australië veranderen?

Will Australia change?

Ik zal veranderen.

I'll change.

Alles zal veranderen.

Everything will change.

Tom zal veranderen.

Tom'll change.

- De dingen veranderen.
- De dingen zijn aan het veranderen.

- Things change.
- Things are changing.

- Niets zal mijn wereld veranderen.
- Niets gaat mijn wereld veranderen.

Nothing's gonna change my world.

- Alles verandert.
- Alles is aan het veranderen.
- De dingen veranderen.

- Everything's changing.
- Everything is changing.

- Hij hielp mij veranderen.
- Hij hielp mij om te veranderen.

He helped me change.

Alles zal moeten veranderen

Everything needs to change,

veranderen wat we belonen,

change what we reward

Gaat er niets veranderen.

nothing is going to change,

Ik moest radicaal veranderen.

I had to have a radical change.

Klagen zal niets veranderen.

Complaining won't change anything.

We moeten iets veranderen.

We have to change something.

Je zult nooit veranderen.

You'll never change.

Tom zal niet veranderen.

- Tom isn't going to change.
- Tom won't change.

De dingen veranderen snel.

Things are changing rapidly.

Tom zal zich veranderen.

- Tom'll change.
- Tom will change.

Vrouwen veranderen de wereld.

Women change the world.

Tom zal nooit veranderen.

- Tom will never change.
- Tom won't ever change.

- Tijden veranderen.
- Verandering gebeurt.

- Times change.
- Things changed.
- Change comes.

Dat kan je veranderen.

You can change that.

Tom wil niet veranderen.

Tom doesn't want to change.

Ik wil niet veranderen.

I don't want to change.

We zullen niets veranderen.

We won't change anything.

- Tom zal veranderen.
- Tom zal zich omkleden.
- Tom zal zich veranderen.

Tom'll change.

- Hij hielp mij mezelf veranderen.
- Hij hielp mij om mezelf te veranderen.

- He helped me change.
- He helped me change myself.

Ik ga van toon veranderen.

I'm going to change the tone.

De regels zullen moeten veranderen.

because the rules have to be changed.

Ik wil mijn leven veranderen.

I want to change my life.

Laten we van onderwerp veranderen!

- Let's change the subject.
- Let's change the topic.

Ik wil de wereld veranderen.

I want to change the world.

Ik kan het niet veranderen.

I can't change that.

We moeten ons plan veranderen.

We have to change our plan.

- Alles verandert.
- De dingen veranderen.

Everything changes.

Sommige dieren veranderen van geslacht.

- Some animals change gender.
- Some animals change sex.

Moeten we de vlag veranderen?

Should we change the flag?

Ik moest de regels veranderen.

I had to change the rules.

Iets is aan het veranderen.

Something is changing.

Niets zal mijn wereld veranderen.

Nothing's gonna change my world.

Ik kan dit niet veranderen.

I can't change this.

Je moet je niet veranderen.

You don't have to change.

We moeten van richting veranderen.

We need to change direction.

Zij moet haar levensstijl veranderen.

She needs to change her lifestyle.

We kunnen dit land veranderen.

We can change this country.

We moeten de regels veranderen.

We must change the rules.

Ze veranderen dikwijls hun wachtwoorden.

They often change their passwords.

Kan ik de zender veranderen?

Can I change the channel?

Dat gaan we vlug veranderen.

We'll soon change that.

Australië is aan het veranderen.

Australia is changing.

Mag ik het kanaal veranderen?

Can I change the channel?

- Je moet de volgorde van de woorden veranderen.
- Je moet de woordvolgorde veranderen.

You have to change the word order.

- Ik kan niet veranderen hoe lang ik ben.
- Ik kan mijn lengte niet veranderen.

I can't change how tall I am.