Examples of using "Portekizce" in a sentence and their dutch translations:
Ik leer Portugees.
Ik spreek geen Portugees.
Hij spreekt Portugees.
Hij spreekt Portugees.
Het spijt me, maar ik spreek geen Portugees.
Dit is niet Portugees.
Ik ben op zoek naar iemand die Portugees spreekt.
- Ik ken Portugees, Engels, en Russisch.
- Ik spreek Portugees, Engels en Russisch.
Portugees is mooi, maar niet makkelijk.
Het Portugees is een Romaanse taal.
Sinds wanneer is Jorge Portugees aan het leren?