Examples of using "Talla" in a sentence and their dutch translations:
- Heeft u een grotere maat?
- Heb je een grotere maat?
- Hebben jullie een grotere maat?
Welke schoenmaat heb je?
Welke maat zijn deze schoenen?
Ik zoek een jas in mijn maat.
Ik weet niet zeker welke maat ze heeft.
Ik kreeg een paar vragen over de maat van mijn beha.
- Ik snapte de grap niet.
- Ik begreep de grap niet.